Menige organisatie kan jaloers zijn op de band die de Evangelische Omroep met zijn achterban heeft. Een hechte groep leden, die sterk met het omroepbedrijf is verbonden en de programma’s volgt. Maar voor de EO is dat geen reden om tevreden achterover te leunen, want de omroep is juist opgericht om het evangelie te verkondigen aan mensen buiten de kring van gelovigen.
Henk Hagoort, sinds 2000 één van de drie directeuren van de omroep, en Ido Buwalda, clustermanager voor onder meer de verkondigende programma’s, spreken liever niet over het succes van de EO. ‘Dat vinden we aanmatigend´, aldus Hagoort, ‘alsof wij mensen ons dat toeëigenen. Wij spreken liever van een wonder. Het ontstaan en de ontwikkeling van de EO zijn een wonder. Zo klein begonnen, vier evangelisten die bij elkaar gingen zitten om te bedenken hoe ze het evangelie via de omroep konden verspreiden, en nu een A-omroep. Daarin zijn we afhankelijk van God, dat beseffen we goed. We hebben bijvoorbeeld net een samenkomst achter de rug waarin we hebben gebeden voor een goede Jongerendag op 12 juni.’
Bindmiddel
Ido Buwalda is blij met de betrokkenheid van de leden bij de omroep. ‘Die band blijkt uit van alles. Door gebed, door giften, maar ook door kritische betrokkenheid. We vertegenwoordigen een grote groep mensen in Nederland, en die voelen zich ook door ons vertegenwoordigd.’
‘Christelijk Nederland is van oudsher verdeeld’, vult Hagoort aan, ‘maar als je een sterke focus hebt, stijg je daar bovenuit. Onze opdracht is duidelijk: het evangelie verkondigen over de kerkmuren heen. De EO is in die zin een bindmiddel voor mensen. Dat leidt tot eensgezindheid, hier in huis maar ook daarbuiten.’
Buwalda beaamt dat. ‘Essentieel is het geloof in Jezus en de verkondiging daarvan. Over allerlei andere kwesties kun je verschillend denken. Wij zijn zelf geen kerkgenootschap en we doen dus ook geen uitspraken over leerstellingen.
Eigentijds
De kern, de verkondiging van het evangelie, dat is waar het om draait. De vorm waarin je dat doet hoeft niet altijd gelijk te blijven. ‘De EO is door de jaren heen veranderd’, onderstreept Hagoort. ‘De programma´s van nu zijn niet de programma´s van de jaren zeventig of tachtig. We zitten niet vast aan één bepaalde vorm, en dat geeft ons de vrijheid om dingen bij te stellen, eigentijds te blijven. We laten ons als directie ook wel adviseren door onder andere trend watchers. Het gaat nu bijvoorbeeld veel meer dan vroeger om human interest, relaties, het huwelijk.’
‘Hoe sta je in de wereld, wat doe je met de vragen die op je afkomen, dat is belangrijk’, voegt Buwalda toe. ‘De EO wil daar op ingaan, zonder bevoogdend te zijn. Dat spreekt onze achterban aan, maar ook andere kijkers in Nederland.’
Activiteiten
De EO is meer dan alleen een bedrijf dat programma´s maakt, benadrukt Hagoort. ‘Kijk maar naar de activiteiten voor vrouwen, of dingen die we doen in het kader van onze jongerenclub Ronduit. Daar is ook veel belangstelling voor, de capaciteit van de zaal is vaak de beperkende factor. De Jongerendag is ook zo´n voorbeeld. De band met de jongeren zoeken we niet alleen via onze programma´s. Daarvoor hebben we ook internet, activiteiten en het blad Ronduit Insite. Dat geeft alles bij elkaar een veel inhoudelijker band, dan wanneer je alleen een tv-programma voor jongeren maakt. Er is wel een link tussen de programma´s en onze andere activiteiten. Op televisie schenken we bijvoorbeeld aandacht aan het huwelijk, en daarnaast zijn er Ready to Marry- en Just Married-bijeenkomsten voor jongeren.’ ‘Daarmee sluiten we aan op vragen en problemen in de doelgroep’, aldus Buwalda. ‘Wij stellen daarbij voor onszelf de vraag voorop: kun je mensen verder helpen? Dat kan inhoudelijk zijn, maar het is ook belangrijk om gewoon even te genieten.’
Spagaat
Gemakzucht is niets voor de EO, aldus Hagoort en Buwalda. ‘Na afloop van een uitzending wordt er wel eens op gewezen dat een groot deel van de achterban heeft gekeken. Maar daar zijn we niet op gericht’, zegt Hagoort. ‘Wij willen het evangelie juist verkondigen aan mensen die daar nog niet voor openstonden.´ Buwalda: `Je hebt te maken met verschillende dingen. De boodschap die je wil brengen, het medium dat je daarvoor gebruikt en de doelgroep die je wil bereiken. Je wilt een maximaal bereik hebben, maar ook een maximaal effect. In dat spanningsveld werk je.’
‘Wij noemen dat intern ook wel een spagaat´, zegt Hagoort. `En je moet in die spanning willen staan. Het moet pijn doen, anders is het niet goed. Ons succes, als je daar dan toch van wil spreken, meten we af aan de mate waarin mensen in beweging zijn gebracht, ze er iets mee gedaan hebben.’
Bestel
De EO voelt zich niet alleen sterk verbonden met de achterban, maar ook met het publieke omroepbestel. ‘We zitten met z´n allen in één schuitje’, vindt Hagoort. ‘Er is wel eens gezegd dat we uit het bestel zouden moeten stappen, commercieel gaan. Maar dat is niet aan de orde. Het is financieel niet haalbaar, maar los daarvan is de EO gewoon ook mede afhankelijk van de Publieke Omroep. We maken daarvan deel uit, en dus houden we ons ook aan afspraken die binnen het bestel worden gemaakt. Over marktaandelen bijvoorbeeld. En dan is het mooi om te zien dat we zo´n 10 procent marktaandeel kunnen halen zonder onze identiteit te verloochenen.’ [Spreekbuis/Radio.NL]