Zoek
Sluit dit zoekvak.

Iran zet meeste journalisten gevangen

Journalisten zijn een belangrijk doelwit geworden in de strijd van de Iraanse regering tegen de oppositie, die volgde op de betwiste presidentsverkiezingen van vorig jaar jani. Op dit moment zitten er 52 journalisten vast. Iran is daarmee het land met het hoogste aantal journalisten in de gevangenis. Dat staat in een nieuw rapport van het Comit?? voor de Bescherming van Journalisten (CPJ).

In reactie op de arrestaties is een soort ‘ondergrondse’ journalistiek ontstaan, zegt Reza Valizadeh, die voor de staatsradio en -televisie heeft gewerkt, maar na de presidentsverkiezingen het land uit is gevlucht. “We hebben nu een soort van guerrilla-journalisten, die maskers dragen, geen naam hebben, schrijven onder pseudoniemen, die e-mails naar buitenlandse persbureaus sturen zonder dat ze daarin hun echte naam noemen of een weblog bijhouden onder een schuilnaam.” Valizadeh is somber over de toekomst. “Journalisten staat een zeer, zeer bittere en zwarte periode te wachten.”

Onder de 52 journalisten die nu gevangen zitten zijn freelance verslaggevers, weblogauteurs, journalisten van oppositiekranten en zelfs journalisten van staatsmedia. Zeven van de 52 werden al voor de presidentsverkiezingen vastgezet. Elf werden volgens de CPJ in februari gearresteerd. Naast de 52 journalisten die nog steeds vastzitten, zijn er vijftig die werden opgepakt en op borgtocht vrijgelaten. Ten minste honderd journalisten zijn het land uitgevlucht, het grootste deel van hen ging naar het naburige Turkije.

De aanklachten tegen de journalisten zijn in de meeste gevallen erg vaag. Verslaggevers worden beschuldigd van opruiing, het beledigen van de autoriteiten en het verstoren van de openbare orde. De aanklachten tegen andere reporters zijn in sommige gevallen gehuld in geheimzinnigheid en de formele klachten worden niet eens bekendgemaakt.

Sommigen hebben gevangenisstraffen tot zes jaar gekregen, zweepslagen, verbanning of een levenslang schrijfverbod op of een verbod op andere sociale en politieke activiteiten. Twee verslaggevers zijn aangeklaagd voor ketterij, waar de doodstraf op staat.

Een van de gedetineerde journalisten, Kouhyar Goodarzi, schreef in een e-mail aan het persbureau AP, vlak voordat hij werd opgepakt door Iraanse veiligheidstroepen, dat hij wist welke prijs hij moest betalen, maar dat hij bereid was het risico op ‘gevangenisstraf, martelingen, de druk van verhoren en eenzame opsluitingen’ te nemen ‘bij het najagen van mijn dierbare doelen’.

Hoewel er formeel nog geen aanklacht tegen Goodarzi is ingediend, heeft hij familie verteld dat zijn ondervragers hem beschuldigden van ‘moharebeh’, een vage aanklacht die letterlijk betekent ‘oorlog voeren’ tegen God en daar staat volgens de Iraanse wet de doodstraf op. Daarnaast spraken zijn ondervragers ook over propaganda tegen het Iraanse regime door het geven van interviews aan buitenlandse media en het deelnemen aan illegale bijeenkomsten.

De directeur van het CPJ, Joel Simon, waarschuwt dat Iran in een staat van permanente onderdrukking van de media verkeert, een situatie die niet alleen verschrikkelijk is, maar ook onhoudbaar. “Het Iraanse regime zal op den duur de oorlog tegen de informatie verliezen, maar het doet ons verdriet dat onze collega’s daar zo’n verschrikkelijke prijs voor moeten betalen.”

De onderdrukking van de media komt bovenop de golf arrestaties die Iran verrichtte in een poging de oppositiebeweging te verpletteren. Iran hoopt door het gevangenzetten van journalisten de informatievoorziening over de oppositie te beperken. Een aantal demonstranten en activisten is in de gevangenis gegooid, omdat ze met buitenlandse media praatten. Bovendien zijn kranten die de hervormingen steunden gesloten.

Op dit moment neemt China de tweede plek in op de lijst met landen die journalisten vastzetten. Er zitten op dit moment 24 journalisten vast in Chinese gevangenissen. Op plaats drie staat Cuba met 22 journalisten. Het aantal journalisten dat op dit moment in de gevangenis zit is het hoogste dat het CPJ heeft geregistreerd sinds december 1996. [Novum/AP]

Gerelateerde berichten