Reacties op auteursrechten van Buma / Stemra

Radiodirecteuren incasseren vergoedingen van Buma/Stemra. Zij staan ingeschreven als medecomponist van de gebruikte jingles en overige audiovormgeving van het betreffende radiostation. Dit gebruik kwam afgelopen weken veelvuldig in de media ter sprake. Radio.NL verzamelde reacties uit de industrie om dit complexe fenomeen meer duidelijkheid te geven. Het lijkt in eerste instantie te gaan om ‘zakkenvullen’ maar de werkelijkheid blijkt genuanceerder te liggen.

Mediaondernemer en radiomaker Erik de Zwart reageert hieronder op een artikel van de Volkskrant richting Joost Taverne van de VVD in de Tweede Kamer. Volgens De Zwart is het artikel tendentieus en vooral niet waar.

“Het gaat om de jingles van de radiostations waarvoor de directie de rechten ophaalt bij BUMA, volkomen legaal en terecht. Het probleem is dat een bedrijf wel intellectuele eigendommen kan registreren als het gaat om patenten en dergelijke, maar daar valt muziek niet onder.

Het muzikale logo van een radiostation, iedereen kent ‘Dit is Ve-ro-ni-caaaa’, is hetzelfde als een beeldlogo, dat je dus wel kan vastleggen. Daarom innen de directies dit geld. De zogenaamde componisten die zich te kort gedaan voelen zijn de ‘dieven’: die krijgen al betaald voor hun werk en proberen zo twee of meer keer aan hetzelfde werk te verdienen! Dat gebeurd vooral bij…. De publieke omroep!”

Muziekuitgever
Om meer duidelijkheid te krijgen vroegen we ook de reactie van Jochem Gerrits van High Fashion Music BV in Hilversum. Muziekuitgever Gerrits is niet blij dat lezers van het AD eind januari niet volledig geinformeerd werden door de krant inzake de auteursrechten van componisten en radiodirecteuren. Hij vindt het jammer dat men niet verder onderzoek heeft gedaan om het hele verhaal boven tafel te krijgen, zodat de lezers werkelijk weten wat er speelt.

Muzikale vormgeving
Jochem Gerrits: “Omdat ik een aantal van deze rechten in mijn hoedanigheid als muziekuitgever beheer, weet ik dat de betalingen van Buma/Stemra ook inderdaad rechtstreeks op de bankrekening van de radiostations gestort worden, en dat de directeuren er persoonlijk niets aan over houden. Buma Stemra is niet eens partij in deze, zij incasseert en betaalt aan de rechthebbenden van een compositie.

Het gaat hier niet om ‘liedjes’, maar wel om zogenaamde ‘jingles’, de ‘muzikale vormgeving’ van het radiostation, waarvan de rechten gedeeld worden met het desbetreffende radiostation. Het radiostation betaalt jaarlijks een bedrag aan Buma voor de door het radiostation gespeelde liedjes. Jingles zijn ook liedjes. Ze duren alleen iets korter, maar komen veel vaker voor.

Deze zogenaamde ‘sound-logo’s’ zijn eigendom van het radiostation zelf, maar de reglementen van Buma staan niet toe dat een radiostation zich als auteursrechthebbende aansluit bij Buma. Dat kan uitsluitend een natuurlijk rechtspersoon zijn. Dat is reden waarom een aantal directeuren zich ingeschreven hebben als auteursrechthebbende, om zo voor hun werkgever deze rechten te kunnen incasseren.”

Creatieve samenwerking
Het is een creatieve samenwerking volgens de muziekuitgever tussen het radiostation en de leverancier van jingles, danwel individuen, die uiteindelijk het resultaat bepaald, en de creatieve inbreng van beide kanten wordt middels een overeenkomst bekrachtigd. Daar krijgt een ieder zijn deel van.

Jochem Gerrits: “De mensen, die bij het radiostation hun creatieve inbreng hebben gedaan, krijgen daarvoor hun salaris, bij creativiteit voor de werkgever (‘in de tijd van de baas’) valt het auteursrecht immers aan de werkgever toe.

Buma weliswaar erkent overigens expliciet dat in zo’n geval de rechthebbende het radiostation zelf is (die heeft het immers gekocht) maar dat deze zich als zodanig niet kan laten inschrijven bij Buma, omdat de statuten van Buma daarin niet voorzien. Dan is onderhavige en al sinds jaren gebruikte constructie (bij gebrek aan beter) de meest transparante. Dat is al sinds jaar en dag zo.

Vreemd is overigens dat als men een beeld-logo laat ontwerpen, de daarbij behorende rechten wel overgedragen kunnen worden aan de opdrachtgever, doch als het om een muzieklogo gaat (denk aan het overbekende “Dit is Veroo-nii-caaaa”) niet.”

Publieke omroep?
Het AD schreef ook over Buma / Stemra. Gerrits vond het vreemd dat het AD alleen schreef over de commerciële radiostations in Nederland, maar niet over de publieke omroep, waar waar volgens Gerrits praktijken plaatsvinden “die in auteursrechtelijke zin rieken naar een misdrijf, en vele malen erger zijn, omdat daar een dusdanige druk op auteurs/componisten wordt uitgeoefend, dat zij met aanzienlijk minder vergoeding naar huis gaan, dan waar zij auteursrechtelijk recht op zouden hebben.”

Volgens Gerrits bleef de publieke omroepen geheel buiten schot in het artikel van het Algemeen Dagblad. “Van enige dwangmatigheid is geen sprake, bij enigen is het wellicht een wens om, ook al zijn zij in vaste dienst bij een (commerciële) omroep, buiten hun salaris om, nogmaals betaald te willen worden voor de door hun aan de werkgever geleverde diensten en creativiteit. Dat zij daarmee anderen, hun werkgever incluis, opzettelijk willen benadelen, realiseren zij zich wellicht niet.”

Geld
Een radiostation verdient geld met muziek. Daar is niets mis mee, zo vertelt Gerrits, mits een radiostation de auteursrechten (voor de auteurs / componisten en uitgevers) vergoedt aan Buma, en de naburige rechten (voor de artiesten, muzikanten en platenmaatschappijen) vergoedt aan Sena.

Beide organisatie, Buma en Sena, zijn door de overheid aangewezen om deze gelden te incasseren en door te betalen. “Niets weerhoudt commerciële radiostations ervan om aan de betrokkenen geld te vragen voor het spelen van hun muziek, maar dat gebeurt niet in Nederland naar mijn weten. Het is echter in Amerika wel schering en inslag (pay-per-play). Dat is een situatie die ik in Nederland ook onwenselijk acht, die niet past in de Nederlandse cultuur. Vooralsnog zijn het uitsluitend de adverteerders die de commerciele zenders in de lucht houden.” [Radiowereld.NL]

Gerelateerde berichten