Vergelijkende toets: Gewogen criteria [Update: 15.30 uur]

De regels voor de vergelijkende toets, die wordt gehouden voor de nieuw te verdelen etherfrequenties, zijn aangepast. De eerder genoemde ‘wegstreepmethode’ is vervangen door een methode, waarvan alle criteria worden geïndexeerd, en vervolgens alle deelscores bij elkaar worden opgeteld.

Concreet betekent dit dat het radiostation met het grootste marktaandeel 100 punten krijgt; stations met een kleiner (aantoonbaar) marktaandeel krijgen minder punten voor het criterium ‘marktaandeel. De minimale score die een zender kan verkrijgen is 25 punten. Dezelfde methode wordt gehanteerd voor de twee andere criteria: Kabelbereik en Reclame-inkomsten. Alle drie de scores worden vervolgens bij elkaar opgeteld, en de partijen met de hoogste score gaan de ether in.

Voor de niet-landelijke omroepen gelden de zelfde criteria.

De wijziging van de methode, van de wegstreepmethode naar een gewogen methode, kan gevolgen hebben voor de uitslag van de toets. Opvallend is dat verschillende andere criteria zijn weggevallen, zoals de startdatum van een radiozender en het bedrijfsplan. Laatstgenoemde zal alleen worden ingezet indien twee radiostations dezelfde score verkrijgen.

Een eerste, korte, analyse leert dat Arrow en Nationaal de grootste kanshebbers blijven. Indien voor met criterium ‘marktaandeel’ het CLO wordt gebruikt, staat Nationaal eerste qua marktaandeel, en Arrow tweede. Het score voor marktaandeel wordt berekend door het gemiddelde marktaandeel van de zes maanden direct voor 1 mei 2002 te berekenen. Dit wordt gedaan door gebruik te maken van een ‘representatief onderzoek’. Indien partijen niet zijn opgenomen in dit representatieve onderzoek, of alleen cijfers kunnen laten zien die zijn gebaseerd op ‘ondeugdelijk onderzoek’, wordt de score voor deze zenders vastgesteld op 25. Een snelle blik leert dat Nationaal hier 100 punten haalt; Arrow ongeveer 90. Alle andere zenders zullen waarschijnlijk op 25 worden gezet.

Opvallend is overigens dat de begrippen ‘ondeugdelijk onderzoek’ en ‘representatief onderzoek’ niet nader worden toegelicht. Onduidelijk is dus of het CLO hier daadwerkelijk voor gebruikt zal worden.

Qua kabeldekking komt het er globaal op neer dat 1 procent kabelbereik 1 punt oplevert. Hier is overigens geen ondergrens; een partij kan bijvoorbeeld vijf punten halen. Hier scoren Kink, ID&T en Arrow hoog. Nationaal scoort hier minder, aangezien deze zender is meerdere grotere plaatsen niet te ontvangen is.

Dit leid tot de situatie dat, reclame-inkomsten (gemiddeld over de afgelopen zes maanden, per maand) even buiten beschouwing gelaten, zowel Arrow als Nationaal een straatlengte voorsprong hebben op de concurrenten. Arrow en Nationaal zullen ongeveer 190 punten halen (zonder reclame-inkomsten), gevolgd door Kink, ID&T en (eventueel) Country FM, met ongeveer 120 punten. Dit uitgaande van het CLO als meetinstrument voor het marktaandeel. [MvD]