Er is veel onderzoek gedaan naar de effecten van het gebruik van humor in commercials. Minder onderzoek is echter gedaan naar de inhoud van humoristische reclames. Een beter beeld van de voorkeur en de aard van humor in de reclame kan leiden tot het beter voorspellen en begrijpen van de effecten van reclame op verschillende publieksgroepen.
Om inzicht te krijgen in de effecten van humor in commercials is onderzoek gedaan waarbij er drie groepen worden onderscheiden: de kinderen van 2 tot 12 jaar, de tieners van 12 tot 18 jaar en de volwassenen van 18 jaar en ouder.
Het blijkt dat jonge jongens en meisjes verschillen vertonen in voorkeur en begrijpen van humor. Jongens houden meer van venijnige en scherpe humor, meisjes meer van verrassende gebeurtenissen, verbale vormen van humor en bokkensprongen van dieren. Kinderen van 7 tot 12 waarderen meer abstracte en ingewikkelde humor, waaronder woordbetekenissen en logica. Van 12 tot 18 jaar is ironie, seksuele zinspeling, en sarcasme meer op zijnplaats. Ook scherpe en grove typen humor wordt gewaardeerd. Bij de volwassenen spelen demografische factoren, zoals sekse, sociaal-economische status en cultuur een rol bij het al dan niet waarderen van humor in de commercials. (Tijdschrift voor Communicatiewetenschap/Radionieuws)
