Internet bedreiging én zegen voor componisten

Piraterij het illegaal kopiëren van cd’s was hèt gesprek tijdens de Midem muziekbeurs die vorige week in Cannes werd gehouden. Cor Smit (84), al sinds 1947 zelfstandig muziekbladuitgever, volgde de discussies nauwgezet. En constateerde dat er in feite niets nieuws onder de zon is.

Illegaal kopiëren een nieuwe plaag? “Het is begonnen met het fotokopiëren van kleinere muziekuitgaven voor koor, harmonie en fanfare”, verzucht muziekuitgever Cor Smit. En de nieuwste plaag heet internet. Het vak van muziekuitgever staat op het punt van ingrijpende veranderingen.
Was de traditionele producent van bladmuziek aanvankelijk dé leverancier van partituren voor de grote massa, tegenwoordig is door de komst van internet de rol van de uitgever in sommige gevallen uitgespeeld. Componisten zetten hun muziek op het net, waar belangstellenden de werken (al dan niet tegen een vergoeding) kunnen downloaden.

Cor Smit volgt de ontwikkelingen op de voet. “De toekomst voor de muziekuitgevers is onzeker geworden. Ze staan voor de moeilijke beslissing om uitsluitend de goed verkopende toppers in hun fonds op te nemen of om ook mindere goden te handhaven.” Van de laatsten moeten de uitgevers maar afwachten wat het resultaat is, terwijl illegale kopieën aan de orde van de dag zijn.

“Het werk van bijvoorbeeld een muziekleraar werd al moeiteloos gekopieerd op de muziekschool, en daar is internet nog eens bijgekomen. Oninteressant voor de uitgever. Maar als je zo de beginnende componisten buitensluit werk je wel mee aan de afbraak van onze nationale cultuur. Want elke beginnende componist bedenkt zich wel twee keer voordat hij iets wil maken. En dat kan natuurlijk nooit de bedoeling zijn.”

Daar staat tegenover dat de nieuwe techniek ook weer kansen biedt voor de muziekuitgevers. Smit: “Composities kunnen digitaal worden opgeslagen, en als iemand ze wil hebben zal er een kleine oplage kunnen worden gedrukt tegen verminderde kosten. Daarmee hoeft de uitgever geen grote voorraden meer aan te houden, zoals nu het geval is.”
Cor Smit is de vierde generatie van zijn familie die werkzaam is binnen de muziek- en entertainment-branche. Smit’s vader was eigenaar van de gerenommeerde Cor B. Smit’s Muziekhandel. Hilversummer Smit is zelf eigenaar en oprichter van Melodia, en heeft de uitgeverij van zijn vader er inmiddels bij.

Smit senior was grondlegger van auteursrechtenorganisatie Stemra. Zijn zoon stond aan de wieg van de stichting Conamus, die de belangen behartigt van de Nederlandse lichte muziek.
Uit dien hoofde weet Smit ook alles van het illegaal kopiëren van cd’s. “In sommige landen is het enorm. De hoofdoorzaak is dat de capaciteit van de cd-fabrieken soms wel dubbel zo groot is als de vraag. Je snapt dus wel waarom er zoveel illegale, voorbespeelde cd’s beschikbaar zijn en waar de cd’s vandaan komen die buiten de reguliere handel worden verkocht. Het is moeilijk te bestrijden. Bovendien is er veel geld beschikbaar waardoor ook controlerende instanties gemakkelijk een prooi zijn van omkooppraktijken.”

Juist omdat in zoveel landen de illegale praktijken spelen, ziet Smit een wereldwijde aanpak als enige oplossing. Want er staan grote belangen op het spel voor de muziekindustrie. “De Europese Commissie is druk doende met richtlijnen op te stellen”, weet Smit. “En nu zijn er twee partijen die tegen deze commissie aanpraten. De rechthebbenden-organisaties als de Nederlandse Buma/Stemra en de communicatie-industrie zoals KPN, die profiteert van toenemend internetgebruik. Ook in Brussel weet men dat de commerciële belangen van de communicatie-industrie groter zijn dan die van de rechthebbenden. We hebben het moeilijk.”

Door de gang van zaken acht Smit de tijd rijp voor een herziening van de uit 1912 stammende Auteurswet. “Het Internet is weer een extra mogelijkheid om te reproduceren: nu al zijn er 500.000 illegale internet-aanbieders van cd-materiaal. Hetzij commercieel, hetzij gewoon in de huiskamer en dat mag altijd, mits voor privé- gebruik. Dat laatste zou wellicht eens onder de loep genomen moeten worden. Ja, in het belang van componisten en tekstschrijvers.” (Telegraaf)

Gerelateerde berichten