Column: Radio forever

Alle mensen die bij het lezen van de titel van deze column dachten: “Oh nee, niet weer een nieuwe zender, hè”, kan ik geruststellen. Het woord ‘forever’ is in dit geval niet de naam van een radiostation maar letterlijk zo bedoeld als het er staat. Ik wil ermee aangeven dat radio een tijdloos medium is en wat mij betreft altijd zal blijven. De vorm waarin het medium zich manifesteerd zal wellicht nog enigszins veranderen, maar het basisgegeven zal denk ik tot in lengte van dagen blijven bestaan.

En dat mag bijzonder genoemd worden. Want toen de televisie zijn intrede deed in de moderne samenleving, werd veelvuldig geroepen dat dit wel eens het einde van de radio zou kunnen betekenen. Niets is echter minder waar. En ik weet niet of mijn visie afwijkend is omdat ik zelf radioprogramma’s maak, maar ik zou me eerlijk gezegd geen leven kunnen voorstellen zonder de radio. Dit geheel in tegenstelling tot een leven zonder televisie. Want steeds vaker ga ik ’s avonds naar bed zonder dat het kijkkastje die dag dienst heeft gedaan.

Eerlijkheid gebied mij te zeggen dat mijn tv-toestel op dit moment, dus tijdens het schrijven van deze column, staat ingeschakeld. Op zich behoorlijk overbodig, want ik ben niet aan het kijken. Op de achtergrond hoor ik een omroepster van Yorin vrolijk babbelen over programma’s die vanavond nog moeten worden uitgezonden. Maar eerlijk gezegd kan het me niet boeien. Het gaat allemaal langs me heen en de meeste zenders die ik via het wereldscherm tot mij kan nemen zijn voor mij nietszeggend.

Dat is wel eens anders geweest. Tien jaar geleden keek ik vrijwel elke avond minimaal twee uur naar de televisie. Met name de grote showprogramma’s, quizzen en andere vormen van amusement waren aan mij besteed. Films en televisieseries konden me minder boeien, maar als ik weinig om handen had consumeerde ik ook die met plezier. Sinds de dag dat ik mijn vrije tijd aanzienlijk zag slinken, is het medium tv voor het overgrote deel uit mijn dagelijkse leventje verdwenen. En dat wil toch wel wat zeggen, voor mij.

Ik herinner me in 1993 een videorecorder te hebben aangeschaft. Handig, dacht ik destijds. Als ik een programma moet missen, kan ik het altijd nog opnemen en later bekijken. Toen realiseerde ik me nog niet dat ik ‘later’ ook geen tijd zou hebben om de gemaakte opname alsnog te bekijken. Tegenwoordig zou ik van geen enkele zender de dagelijkse programmering kunnen opsommen. Ik heb me de afgelopen twee jaar vrijwel niet meer met televisie beziggehouden.

De radio daarentegen staat dagelijks aan. In de auto, in de woonkamer, in de slaapkamer. Mijn wekker staat op ‘radio’ omdat ik de pieptoon op een gegeven moment niet meer hoor. Gewenning. Radio is altijd anders, dus daar wen je nooit aan. En aangezien er heel wat voor nodig is om mij wakker (en uit bed!) te krijgen, is dat een goed alternatief. Maar radio is voor mij het middel dat het leven van alledag compleet maakt. En dat zal denk ik altijd wel zo blijven. Radio forever!

Raimond Bos

presentator@hotmail.com

Gerelateerde berichten