‘Grotere rol voor regionale publieke omroep’

De regionale publieke omroepen kunnen en moeten een grotere rol gaan spelen in Nederland. De dominantie van de landelijke omroepen moet ter discussie worden gesteld. Taken van de publieke omroep kunnen soms beter en effectiever worden uitgevoerd door regionale omroepen. Dat staat in een studie over de toekomst van de dertien publieke regionale omroepen in Nederland, uitgevoerd door hoogleraar Digitale Mediastudies aan de Universiteit Leiden Paul Rutten.

Volgens de onderzoeker kunnen regionale omroepen directer aansluiten bij ‘wat onder de bevolking leeft’. Regionale publieke omroepen zouden sneller dan landelijke omroepen veranderingen in de samenleving op het spoor kunnen komen en maatschappelijke discussies kunnen losmaken. Ondanks deze goede uitgangspositie signaleert Rutten dat de publieke regionale televisie kwetsbaar is.

Regionale televisie bereikt volgens de studie dagelijks één op de vier Nederlanders, maar de middelen voor verdere ontwikkeling ontbreken. Een ander probleem is dat jongere doelgroepen onvoldoende worden bereikt, terwijl dat een wettelijke taak is van de regionale publieke omroep. Rutten vindt het niet realistisch de regionale omroepen te houden aan de verplichting alle leeftijdsgroepen te bedienen. “Dat is in het huidige medialandschap een ‘mission impossible’.”

Directeur Gerard Schuiteman van de Stichting Regionale Omroep Overleg en Samenwerking (Roos) zegt dat jaarlijks ongeveer 120 miljoen euro wordt besteed aan de dertien regionale publieke omroepen. Ongeveer zeventig procent hiervan is bestemd voor televisie, de rest voor radio en internet. Hij hoopt dat de regionale publieke omroepen extra budget krijgen. “Met relatief weinig extra middelen kan je veel doen. De basis is er, en de faciliteiten ook.” Hoewel het aantal kijkers naar regionale publieke televisie de laatste jaren -ondanks de concurrentie- stabiel is, is de rol van regionale tv volgens Schuiteman marginaal. De dertien regionale publieke radiozenders zijn volgens hem al tien jaar marktleider.

De studie is donderdag aangeboden aan staatssecretaris van Cultuur Medy van der Laan (D66) en aan de Overijsselse gedeputeerde Jan Kristen, portefeuillehouder Cultuur en Media van het Interprovinciaal Overleg (IPO). Opdrachtgever is de Stichting Roos, het overleg en samenwerkingsverband van de publieke regionale omroepen. De studie is gefinancierd door het ministerie van Cultuur. De stichting Roos en de regionale omroepen zullen het rapport gebruiken voor de ontwikkeling van hun visie voor de middellange termijn.

De Tweede Kamer heeft in maart vorig jaar een wet aangenomen die regelt dat de provincies sinds 1 januari de volledige verantwoordelijkheid voor de financiering van de regionale publieke omroep dragen. Deze stelselwijziging verplicht de provinciale overheid om voor minimaal één regionale publieke omroep per provincie een ‘kwalitatief hoogwaardige programmering’ mogelijk te maken. [Novum/Radio.NL]

Gerelateerde berichten