Nielsen gaat weer luistercijfers meten in de VS

Onderzoeksbureau Nielsen gaat weer luistercijfers meten in de Verenigde Staten. Afgelopen week sloot het bedrijf een overeenkomst met Cumulus Media en Clear Channel om luistercijfers te meten in enkele tientallen kleinere radiomarkten. Hiermee keert het onderzoeksbureau na bijna 40 jaar afwezigheid weer terug naar de wortels. Momenteel is Nielsen al verantwoordelijk voor de kijkcijfers in de Verenigde Staten.

Voor Cumulus Media, eigenaar van ruim 300 radiostations in de Verenigde Staten, zal Nielsen luistercijfers gaan meten in 50 kleinere radiomarkten. Hierbij moet gedacht worden aan regio’s als Bridgeport (Conneticut), Hudson River Valley (New York), Weschester (New York) en Rochester (Minnesota). In 17 van deze markten zullen ook de cijfers voor Clear Channel, de grootste aanbieder van commerciële radio in de Verenigde Staten, gemeten gaan worden.

In 49 radiomarkten zullen de luistercijfers één keer per jaar gepubliceerd worden. Hiervoor zullen willekeurige inwoners gedurende acht weken naar hun luistergedrag gevraagd worden. Alleen in Huntsville (Alabama) zullen de cijfers twee keer per jaar gepubliceerd worden. Dat lijkt weinig, maar doordat deze regio’s elk minder dan 200.000 inwoners tellen, is het economisch niet aantrekkelijk genoeg om meerdere keren per jaar te meten.

Door de overstap raakt onderzoeksbureau Arbitron zijn monopolie op het gebied van luistercijfers meten in de Verenigde Staten kwijt. En dat betekent opnieuw een tegenslag voor het bedrijf. Momenteel ligt het namelijk al behoorlijk onder vuur bij de invoering van het elektronisch meten van de luistercijfers. Hoewel de overstap van Cumulus en Clear Channel alleen in de kleinere markten is, grote markten als New York City en Los Angeles worden gewoon nog door Arbitron verzorgd, loopt het onderzoeksbureau door de overstap het komend jaar wel $10 miljoen mis.

Nielsen keert door de overstap van Cumulus en Clear Channel weer terug naar de wortels in de Verenigde Staten: luistercijfers meten. Oprichter Arthur C. Nielsen ontwierp namelijk in 1936 de Audimeter, dat registreerde op welke radiostations een radiotoestel dagelijks werd afgestemd. Hierdoor kon het luistergedrag in beeld worden gebracht. In 1942 werd het systeem ‘landelijk’ ingevoerd en werd het luistergedrag van 1000 huishoudens in kaart gebracht. Opmerkelijk was dat deze gegevens in eerste niet verkocht werden aan de radiostations zelf, maar aan fabrikanten van radiotoestellen.

Arthur C. Nielsen was ook de uitvinder van het concept marktaandeel, een unieke meetmethode op basis van concurrentieschalen en nu veelal een maatstaaf voor prestaties van bedrijven.

Met de komst van televisie verplaatste Nielsen zijn activiteiten in de jaren ’50 van geluid naar beeld. Al sinds jaar en dag is het bedrijf dan ook verantwoordelijk voor de kijkcijfers in de Verenigde Staten. In de loop der jaren werd het meten van luistercijfers in de Verenigde Staten dan ook gestaakt door Nielsen. In het buitenland is het bedrijf overigens wel doorgegaan met het meten van luistercijfers. Zo publiceert het nog regelmatig cijfers in Australië, Nieuw-Zeeland, China en India.

Leuk detail is dat Nielsen deels een Nederlands bedrijf is. In 1999 werd Nielsen Media Research namelijk gekocht door uitgeverij VNU. Vorig jaar werd dit bedrijf gesplist in VNU Media en The Nielsen Company. [RS/Radio.NL]

Gerelateerde berichten