WNL en PowNed worden toegelaten tot het publieke omroepbestel. Omroep Llink verdwijnt. Dat heeft minister van Media Ronald Plasterk (PvdA) woensdag bekendgemaakt. Eerder adviseerden de Nederlandse Publieke Omroep (NPO), het Commissariaat voor de Media en de Raad voor Cultuur al om beide omroepen, die zijn voortgekomen uit respectievelijk De Telegraaf en de website GeenStijl, toe te laten tot het omroepbestel. Zij mogen vanaf september volgend jaar twee uur televisie en negen uur radio per week gaan maken.
Hoewel er bij WNL sprake is van een ‘complex samengestelde doelgroep’ van zowel zogeheten maatschappelijk teleurgestelden als ondernemend Nederland heeft Plasterk er vooralsnog vertrouwen in dat WNL wel een stroming in Nederland vertegenwoordigt. “Ze hebben per slot van rekening al vijftigduizend leden.” Wel zal de minister erop toezien dat de omroep op afstand blijft staan van De Telegraaf.
Van PowNed verwacht Plasterk dat zij vernieuwende televisie en radio zullen gaan maken. Internet zal hierbij een belangrijke rol spelen.
De omroepen Max en Tros, waarvan de positie ook omstreden was, mogen vooralsnog blijven, maakte Plasterk verder bekend. Max is er vooral in geslaagd goede middagprogramma’s te maken, zei de bewindsman.
De Tros had een negatief advies gekregen omdat de omroep het niet zo nauw neemt met de Mediawet. Zo bleek het kinderprogramma Bibaboerderij deel uit te maken van een marketingconcept van supermarktketen C1000. De Tros heeft echter een jurist aangesteld die er ‘systematisch’ op gaat toezien dat de omroep zich aan de wet houdt, zei de bewindsman. Dit geeft hem voldoende vertrouwen om de omroep binnen het bestel te houden.
Voor Llink valt het doek. Hoewel Plasterk de omroep omschreef als een ‘buitengewoon sympathieke organisatie’ hebben hun programma’s de afgelopen vijf jaar niet de aangekondigde vernieuwing gebracht. Ook ging er organisatorisch het een en ander mis. “Het is niet gelukt. Ik zie geen basis om ze toe te laten tot het bestel”, aldus Plasterk. [Novum/Radio.NL]