De Europese Unie heeft een boete van bijna anderhalf miljard euro opgelegd aan zeven producenten van computer- en televisieschermen. De bedrijven, waaronder Philips, LG en Panasonic, zouden tot 2006 verboden prijsafspraken hebben gemaakt bij de productie van beeldbuizen. Doordoor heeft de consument heel lang te veel geld betaald voor een tv.
Ook verdeelden de fabrikanten onderling de markt en knepen ze hun productie af, waardoor consument te veel betaalden. Eurocommissaris Joaquin Almunia zei in een reactie dat het schermenkartel ‘alle kenmerken vertoont van verstorende en verboden invloeden op de marktwerking’.
Het kartel beënvloedde de markt voor beeldbuizen. Met de opkomst van platte schermen verdwenen beeldbuizen geleidelijk van de markt.
De totale boete bedraagt 1,47 miljard euro. De boete voor Philips komt neer op 509 miljoen euro, waarvan 196 miljoen door een joint venture met LG, die voor 392 miljoen is beboet. De joint venture LPD, waarin alle beeldbuisactiviteiten van Philips waren ondergebracht, ging in 2006 failliet.
Philips-topman Frans van Houten zegt het te betreuren dat Philips met dergelijk gedrag wordt geassocieerd, zeker gezien het een bedrijfsonderdeel betreft dat in 2001 werd afgestoten. Hij noemt de boete ‘buitenproportioneel en onrechtvaardig’ en zegt in beroep te gaan. Volgens hem hoeven aandeelhouders niet te vrezen voor gevolgen door de boete. [Radio.NL/Novum/AP]