Uw Vliegende Radiowereldreporter in de Ontredderde Staten

Daar ga je dan. Op weg naar het grote land met de onbegrensde mogelijkheden. Maandag 3 september was de dag. Op naar mijn nieuwe baan hier in Georgetown University. Vol verwachtingen over van alles en nog wat.

Een week later. Nog steeds vol vakantiegevoel. Mijn nieuwe leven nog in vrijwel totale chaos omdat alles natuurlijk opnieuw opgezet moet worden. Ik besta al voor de universiteit, ik heb al een bankrekening, EN een paraplu omdat de eerste regenbui zich heeft aangediend. Ik heb al ontdekt wat het voordeel is van een regenbui bij 33 C: mensen trekken alsnog geen regenjas aan (ff doordenken).

‘S ochtends Lois & Clark gekeken tijdens het ontbijt en dan nog even snel zappen langs de andere 80 kanalen (of zo, kweetutnie precies) die we hebben. De bus gaat om kwart over namelijk, dus ik heb nog een paar minuten. Raar filmpje op de tv. Over een vliegtuig dat in het WTC vliegt.

Ik denk nog: Wat een ziek filmpje. Wie toont zoiets nu om negen uur ’s ochtends. Raar land. Zap verder. Weer dat filmpje. Zap verder. Nog een keer…….. denk …… kwartje ……. verbazing …… ongeloof …… wat? ……. dat kan toch niet ……. weer dat filmpje ……. nog een keer ……. eindelijk doet mijn Engels verstaande hersenkwab het weer …… weer ongeloof …… dit is het TWEEDE vliegtuig namelijk dat zich in het WTC heeft geboord ……

Alle zenders herhalen hun eigen filmpje keer op keer. Zappend zie ik het vanuit vijf, zes, weet ik veel hoeveel verschillende hoeken. Kut, zo laat al, snel naar de bus, op het eind van het blok. In de bus staat gelukkig de radio aan. Normaal klassiek muziek of soft-pop, nu newsradio weetikveel-point-iets. Hoor het aan. Iedereen in de bus zit ademloos te luisteren. De bus, die alleen universiteitsmedewerkers en studenten ophaalt, worstelt zich door het verkeer richting Key Bridge. De gebruikelijke file van ongeveer 1 kilometer. De normale vijfbaansweg is namelijk wegens werkzaamheden nog maar twee banen breed. Handig hoor. Maar goed. Ik begin er inmiddels aan de wennen.

Ik denk nog, gelukkig is het in New York. Zes uur verderop. Dat scheelt tenminste. Hier zijn ook zat lullige doelen te denken. Witte Huis, Pentagon, Capitool, George Washington paal. Ha, die staat nog zie ik vanuit het raam van de bus. Het monument steekt als een speld (of bedenk iets anders lulligs) boven de skyline van (Washington) DC uit. De bus worstelt zich verder over de brug. Hmmm, hoe veilig zou Georgetown zijn? Ach, dat valt wel mee, als je die andere hebt geraakt is je doel toch wel ……

Plots een kreet achter me in de bus: ‘The Pentagon!’ Ik schrik uit mijn gedachten op en kijk achterom, daar waar ongeveer het Pentagon ligt. Andere mensen gillen het uit van schrik. ‘Oh my God!’ ‘The Pentagon is on fire!’ Ik zie rook, en niet een beetje. Ik denk gelijk terug aan de beelden uit mijn vorige woonplaats, Enschede. Mijn hele lichaam tintelt van schrik. Jezus, wie doet dit, zijn ze gek geworden?
Wordt de VS aangevallen of zo?

Ik probeer weer naar de radio te luisteren. Alleen nog maar gereutel over New York, met een specialist uit het Pentagon. Over wat het Pentagon (ofwel het Amerikaanse ministerie van defensie) allemaal kan of had kunnen doen inzake de gebeurtenissen in New York. Vreemd. Pentagon in de fik, en ze babbelen gewoon door. Alhoewel, het Pentagon is groot, krankzinnig groot. Tientallen jaren geleden gebouwd en nog steeds niet vol. Ineens verandert het onderwerp van gesprek. ‘We krijgen hier een melding binnen over rook, brand of zo, in het Pentagon, weet jij daar iets van?’ ‘Nee, niks van gemerkt. Nu is het Pentagon ook groot, dus misschien ergens anders? Oh, wacht ff …… ik hoor net dat ik het gebouw moet verlaten. Net als de rest trouwens. Over dat gedoe in New York kan ik overigens nog het volgende melden ….’ Nog geen halve zin later wordt de man weer onderbroken. Het Witte Huis word ontruimt. Er zou brand zijn.

Ik begin me nu zorgen te maken. De hele stad lijkt hier in de fik te staan. Dat vliegtuig moet net overgevlogen zijn. De rivier is immers de aanvliegroute voor het vliegveld dat NAAST het Pentagon ligt. En ik sta nog steeds op een brug in de file. De Nederlandse geschiedenis heeft me geleerd wat er met bruggen gebeurt in oorlogen. Die zijn strategisch belangrijk en dus moeten ze kapot. De bus rijdt gelukkig verder, en even later staan we ‘veilig’ in het Dictrict of Columbia, het rare staatloze gebiedje dat de hoofdstad van de VS is.

Eenmaal aangekomen op mijn werk blijkt dat inderdaad dat de gebeurtenissen in New York, het gesprek van de dag zijn. Ik blijk de eerste te zijn die weet van het Pentagon. Samen met een technicus die een handige sleutelbos blijkt te hebben en een Italiaanse collega klimmen we het dak op om meer te zien. En inderdaad, het is serieus mis daar in het Pentagon. Heel veel donkergrijze wolken in die richting. In de richting van het Witte Huis is geen rook te zien. We kijken ademloos toe.

Beneden blijkt het lab ook over een tv – hoe kan het ook anders in de VS – te beschikken. De Twin Towers blijken inmiddels ingestort te zijn. Ik geloof mijn ogen niet. Dit gaat ieder voorstellingvermogen te boven. Als James Bond plot zou het overdadig en dus ongeloofwaardig gevonden worden. De eerste beelden van het Pentagon komen ook binnen. Overzicht ontbreekt enigszins, want de beelden zijn van vrij dichtbij genomen, maar ze spreken voor zich. De beelden verschillen niet veel met de film Independende Day.

De rest van de dag gaat als een roes voorbij. De hele dag wordt de tv in de gaten gehouden en discussieren we onze tongen half lam. Wie, wat, waarom? Sommige mensen kennen mensen in New York, sommigen in het WTC. Andere collega’s wonen een paar blokken (Amerikanen tellen in blokken, niet in straten) weg van het Pentagon. Staat hun huis nog? Weer zo’n Enschede deja-vu. Al was dat natuurlijk veel kleiner dan wat hier aan de hand is. Ik woon gelukkig een stuk verder, en ik kan uit het raam mijn flat nog zien staan.

Het begint duidelijk te worden dat er vrijwel totale chaos heerst. De eerste pogingen om contact met Nederland te krijgen mislukken. Zowel telefoon als internet zijn overbelast. Na enige tijd krijg ik gelukkig wel wat mailtjes weg naar familie en wat vrienden. Bellen lukt pas na een paar uur. Het mobiele netwerk blijkt later weggevallen te zijn. Halverwege de middag krijgt het internet zijn normale gebruik weer terug. Ik zoek het NOS journaal. Alle zenders OOK in Nederland blijken omgeslagen te zijn naar full coverage. Allemachtig. Ik hoor soortgelijk berichten van collega’s. De wereld blijkt in complete verbijstering mee te kijken.

Aan het eind van de dag begin ik me af te vragen hoe ik eigenlijk thuis moet komen. De noodtoestand is inmiddels van kracht in DC en Arlington (waar ik woon, en waar het Pentagon onder valt). De universiteit is gedeeltelijk afgesloten, dus rijdt mijn bus nog wel? Mijn lijntje rijdt niet meer. Georgetown heeft zelf geen metrostop, dus dat is ook geen optie. Gelukkig rijden de shuttles naar de dichtstbijzijnde metrostops nog wel. Die maar gepakt dus. Het District blijk je alleen nog maar UIT te mogen. De inkomende rijbanen zijn afgesloten.

De metro. Zou die het nog doen, en zo ja, ook veilig? Ik zie veel mensen zonder aarzelen in de metro afdalen, dus doe ik dat ook maar. Waar komen de treintjes eigenlijk vandaan? Het Pentagon is maar twee haltes verder. Hmmmm. Gelukkig doet de metro het nog. Het blijkt dat alleen de tunnel onder de rivier door bij het Pentagon is afgesloten, en die lijn wordt nu omgeleid via de andere tunnel, via het station waar ik sta te wachten.

Thuis blijkt mijn huisgenoot ook behoorlijk onder de indruk van wat er zich afspeelt. Hij zit al sinds elf uur vanmorgen onafgebroken voor de TV en het is duidelijk dat het huilen hem nader staat dan het lachen. We kijken zwijgend naar CNN. Nog meer beelden. De president komt eindelijk op TV. Bush spreekt ferme taal. Wat me opvalt is dat hij nauwelijks zijn medeleven aan de slachtoffers en nabestaanden betuigt. De boodschap is: De VS zal NOOIT buigen voor dergelijk terrorisme. De overheid doet het nog. Zingende congresleden op de trappen van het Capitool, wat een beeld. De voorzitters van het Huis en de Senaat spreken WEL over de slechtoffers. Gelukkig er is nog iemand die aan ze denkt. Duizenden is mijn schatting.

Ik denk terug aan de ramp in Enschede, en aan die in Volendam. Hoe Nederland dagenlang in schok verkeerde over een stuk of twintig – een belachelijk klein getal, als je het met nu vergelijkt – doden zonder ons druk te maken over wraak, of straffen. Dat kwam later pas. Hier is dat duidelijk anders. Amerikanen zijn trots op hun president. Ons krijgen ze niet klein. Een dag later blijkt dit ook Europese collega’s te zijn opgevallen.

’s Avonds ontdek ik ook dat vrijwel ALLE kanalen nieuws uitzenden. Zelfs de kanalen die geen eigen nieuwsvergaring hebben, prikken de grote nieuwszenders doen. CNN, CBS, FOX ze zijn vele malen terug te vinden tussen de 80 of zo zenders. MTV prikt nieuws door. The Home and Gardening Channel. The Shopping Channel. The learning Channel prikt BBC world door. Fijn, ook wat Europees nieuws. C-SPAN, het congreskanaal (!) dat dagelijks alle debatten uitzend, heeft een Canadese zender doorgeprikt. C-SPAN 2 ook. Beter hebben ze blijkbaar niet.

Ik word het beu – of beter gezegd, ik verkeer in een begrafenisstemming – en probeer nog ene zender te vinden die wat lichters uitzendt. Een comedy misschien? Maar nee, niks leuks te vinden. De weinige kanalen die overblijven doen hun thema ding. The weather channel. De lokale nieuwskrant is ook al vrij sip met alle mededelingen over scholen en andere instanties die morgen dicht zijn. Verder nog wat slechte andere zenders. Het enige verstooiende, dat aandacht zou kunnen verdienen dat ik kan vinden is Star Trek III: In Search of Spock. Maar wees eerlijk, die is zo slecht, dat je daar ook niet vrolijk van wordt. Ik ga maar naar bed.

De volgende dag schiet ik wakker met gedachten over de ramp. Blijkbaar heeft het de heel nacht in mijn hoofd rondgespookt. Ik bel de ‘snow’line. Da’s het anagram waarmee je de mededelingenlijn van Georgetown kunt herinneren. De boel is open, met ‘liberal leave’. Dat wil zeggen dat je zelf mag weten of je op komt dagen. Ik ga maar want hier heb ik tenminste internet. En voel ik me wat minder opgesloten dan in mijn appartement. En hier zijn wat meer mensen om mee te praten.

Ik ontmoet een collega die zich vannacht rot geschrokken is. Hij hoorde een vliegtuig overkomen. Terwijl er toch duidelijk een vliegverbod van kracht is. En het was duidelijk geen militair vliegtuig. Even later ging zelfs het luchtalarm in Alexandria af. Een andere collega die ook in die buurt woont blijkt van niks te weten. Gewoon doorgeslapen.

De dag vliegt om. Nog steeds die roes. En die begrafenisstemming. Alhoewel het minder wordt. Zou ik eens iets opschrijven voor de Radiowereld? Ik had per slot nog een vage afspraak of een soort mediakolom vanuit de States. Ach, dat is ook weer zo sensatiebelust. Mijn hoofd staat er niet naar. Maar aangezien ik het verhaal toch al min of meer moet typen voor alle familie, vrienden en bekenden die bezorgd melen, besluit ik er maar een totaal degelijk verhaal van te maken. Misschien hier en daar wat langdradig, maar dat komt omdat het allemaal erg indringend is. En onbeschrijflijk. Het is een rare tegenstelling.

Jasper

jasper@radiowereld.nl