Het was de herfst van 1992. Ik had net een paar maanden mijn rijbewijs en ik crosste veel te zelfverzekerd door het dorp waar ik geboren was. Commerciële radio kon je nog niet in de auto ontvangen; ik kon met veel pijn en moeite op m’n kamer ’s ochtends naar Edwin Evers op Power FM luisteren met een zelf gesoldeerd kabeltje wat ik van beneden naar boven had laten trekken, door m’n vader.
Jeroen kondigde op zijn eigen unieke manier Heading for a fall van de Belgische band Vaya Con Dios aan. Ik moest en zou het nummer afluisteren ook al stond al ik 3 minuten stil op de plek waar ik altijd parkeerde. Magisch. De binnenkant van m’n auto werd een soort attractie in de Efteling als Jeroen op de radio was. Hele werelden kwamen tevoorschijn.
In 1994 deed ik mee aan een deejaywedstrijd van Club Veronica in de Escape in Amsterdam en wie zaten daar in de jury: Rob Stenders, Daniël Dekker en.. Jeroen van Inkel. In die tijd schreeuwde ik nog alles bij elkaar en zeker omdat ik mezelf niet terughoorde en vooral het aanwezige publiek in de Escape probeerde op te zwepen stelde Jeroen me terecht de vraag of ik soms in het leger had gezeten, omdat ik zo luid en duidelijk te horen was. Haha.
Tien jaar later, in 2004, mocht ik het spreekwoordelijke schip van Veronica betreden om daar in het begin ’s ochtends live van 04-06u in te vallen, vlak voor Jeroen’s ochtendshow. Je deed toch nét even iets beter je best als je wist dat hij zat te luisteren onderweg naar de studio. Bij zijn terugkeer vanaf Q naar Veronica, weer tien jaar later, maakte ik stiekem een vreugdesprongetje, want ik zou het tijdstip vlak voor hem gaan doen, van 13-16 uur.
We hebben regelmatig een crosstalk gehouden vlak voor vieren waar ik nu nog met plezier aan terugdenk. Ook die paar keren dat ik een compliment van Inkel mocht ontvangen over mijn energie en tempo tijdens een hitlijst zal ik niet snel vergeten. Om alleen al samen met hem op de radio te horen te zijn was gewoon iets bijzonders.
Ik kan me ook nog het moment herinneren dat een of andere jonge jock aan me vroeg ‘wat doet die opa nog op de radio, weg met hem, het is tijd voor de nieuwe generatie!’. Ik geloof dat ik iets terugzei in de trant van ‘jij mag nog niet eens de veters strikken van deze radiolegende. Ga je mond spoelen, snotjong!’.
En dan nu is het 2017 en is Jeroen van Inkel niet te horen op de radio. De wildste verhalen doen de ronde, op diverse (kranten)websites. Hij zou ziek zijn. Of op vakantie. Of toch niet. Het kan niet zo zijn dat de man die mij en vele anderen geïnspireerd heeft om ook de magische wereld van de radio te betreden nergens meer te horen is.
Zonder Inkel geen Gerard Ekdom, geen Edwin Evers, geen Mattie & Wietze en vele, vele anderen. Laten we hopen dat het tijdelijk is. En laten we eens ophouden met het aloude radiodogma ‘je bent zo goed als je laatste radioprogramma’.
Radio kent helden die op basis van alles wat ze geïntroduceerd hebben wat later vele malen gekopieerd is een status aparte hebben bereikt. Jeroen is zo iemand. De eerste die écht sfeer maakte on-air, quotes uit films gebruikte, de energie altijd hoog hield, nooit iets twee keer op dezelfde manier deed. En dan heb ik het nog niet eens over Curry en Van Inkel, waar een hele generatie z’n weekend mee aftrapte en waar we nu duopresentatie aan te danken hebben.
Jeroen had natuurlijk al lang op basis van zijn knowhow en liefde voor het vak de baas van een radiozender moeten zijn ergens. Nee dit is geen open sollicitatie, maar ik zou het eer vinden om onder hem te mogen werken. M’n stinkende best doen. En met mij velen. Het is alsof je Johan Cruyff nog als voetbaltrainer zou kunnen hebben. Als zo iemand zegt dat je iets wel of niet of anders moet doen dan geloof je hem. Per direct.
Dat is dan ook het bezwaar wat ik heb tegen radioland in vergelijking met voetballand. Hoeveel deejays die écht hun sporen verdiend hebben door de jaren heen stromen door naar een programmaleidersfunctie of als stationmanager? Als een radioheld, een van je voorbeelden, je directe baas wordt dan reken maar dat je je alles uit de kast trekt. Je wíl het voor zo iemand goed doen, omdat je dankzij hem überhaupt de liefde voor radio hebt gevonden.
Dus: maak Rob Stenders de baas van Radio 2, Giel Beelen de nieuwe baas van 3FM, Frits Spits de baas van Radio 1, Jaap van Zweden de baas van Radio 4 en Tineke de baas van Radio 5. Dan moet je eens kijken wat er gebeurt met de medewerkers. En het station. En je uitstraling naar buiten toe. Ere wie ere toekomt. Deze radiohelden verdienen het!
Laten we een voorbeeld nemen aan clubs in de Eredivisie. Het Dirk Kuyt effect. Ook bereikbaar voor uw radiozender! Laat de ontzettend ervaren, ruim geliefde, getalenteerde en doorgewinterde sterspelers je station kampioen maken! En maak Jeroen eindbaas van héél radioland.
Patrick Kicken
http://twitter.com/kicken
PS: De column over ‘wat radiomakers kunnen leren van vloggers’ komt er echt aan hoor, over een kleine maand. Beloofd is beloofd.