Sybille Selys de Longchamps heeft haar verhaal opgeborgen in een monument. De memoires worden pas over honderd jaar, als het gebouw wordt gesloopt, geopenbaard.
Sybille Selys de Longchamps heeft haar levensverhaal opgeborgen in een monument. De memoires van de vermeende minnares van de onlangs afgetreden Vlaamse koning Albert worden pas over honderd jaar geopenbaard, als het monument wordt gesloopt. Dat schrijft de Vlaamse krant Het Nieuwsblad.
De 72-jarige Sybille, die naar eigen zeggen dochter Delphine Boël met Albert kreeg, vertelde dinsdag over de tijdscapsule in het tweede en laatste deel van de documentaire Onze Dochter Heet Delphine. “In het manuscript staat alles over Albert en onze relatie, en een heleboel andere dingen.” Sybille koos voor een monument omdat het te pijnlijk zou zijn om sommige details te onthullen nu ‘de betrokkenen nog leven’.
Het monument staat in een park in een dorp in Zuid-Frankrijk waar ook andere mensen belangrijke papieren konden laten opbergen. “In 2000 konden alle inwoners documenten en brieven laten ingraven in de sokkel van het monument”, vertelt Eric Goens, die de documentaire over Sybille maakte.
Sybille vertelde Delphine op 17-jarige leeftijd dat haar vader koning Albert was. De nu 45-jarige dochter besloot toen haar vermeende vader afstand deed van de troon hem aan te klagen zodat hij haar zou erkennen. Sybille koestert weinig hoop dat Albert zijn buitenechtelijke dochter zal erkennen. “Delphine wel. Ze voelt minachting voor hem, maar ze blijft hopen.”
Sybille kan Albert weinig kwalijk nemen. “Ik kan hem niet haten of een lafaard vinden.” Hoewel ze wel zegt dat hij haar heeft teleurgesteld, is ze hem naar eigen zeggen alles verschuldigd. “Mijn leven als vrouw, alles. Hij gaf me een kind en twee kleinkinderen.”
[NOVUM]
