Veel politieke partijen willen gaan bezuinigen op de Publieke Omroep. Dit is te lezen in een groot aantal verkiezingprogramma’s, die net zijn verschenen. Hier is Jamses Kennedy het niet mee eens. Kennedy is hoogleraar Nederlandse geschiedenis aan de Universiteit van Amsterdam en al jaren woonachtig in Nederland: “In plaats van zo rigoureus te schrappen, is het belangrijker om na te denken hoe de publieke rol van de Nederlandse Publieke Omroep versterkt kan worden.”
In zijn column in dagblad Trouw van afgelopen zaterdag (10 april 2010) is Kennedy van mening dat de publieke omroep een belangrijke rol nu al goed vervult.
Kennedy: “De publieke omroep brengt mensen -rond de buis- bij elkaar. Dit in tegenstelling tot Amerika, waar het niemand meer lukt om over dezelfde programma’s te praten. Er is zoveel commercieel aanbod dat een gemeenschappelijk referentiekader ontbreekt. Dit versterkt de trend onder Amerikanen om alleen nog maar te luisteren naar de media die passen bij hun overtuiging.”
Afwijkende overtuigingen
De columnist wijst erop dat Nederlandse tv-kijkers en radioluisteraars ‘gewoon worden geconfronteerd met afwijkende overtuigingen’.
Kennedy in Trouw: “Via de publieke omroep worden zij geïnformeerd en worden debatten gestimuleerd.” Hij geeft hiervoor een paar duidelijke voorbeelden. Hij wijst erop dat er dagelijks ruim 2 miljoen mensen kijken naar het ‘Achtuurjournaal’. “De onderwerpen bij ‘Pauw en Witteman’, of ‘Buitenhof, Paul de Leeuw of ‘Boer zoekt Vrouw’ zijn vaak onderwerp van gesprek bij de koffieautomaat. Zo heeft de publieke omroep nog een waardevolle bindende functie.”
Goedkope publieke omroep
Kennedy plaatst nog een kanttekening bij de bezuinigingswoede van politieke partijen. Hij wijst erin zijn column op dat Nederlandse publieke omroep helemaal niet zo veel geld kost: “In internationaal opzicht heeft Nederland een goedkope publieke omroep. Mede door de aanzienlijke inkomsten uit Ster-reclames, blijft de bijdrage uit belastinggeld beperkt tot 32 euro per inwoner. De Zwitsers betalen ruim 100 euro per jaar. Naar verluidt, is binnen Europa alleen Albanië goedkoper uit. Een van de redenen waarom Nederlanders voor een dubbeltje op de eerste rang kunnen zitten, is de concurrentie tussen de omroepen. Ze zoeken naar de meest kostenefficiënte manier om zoveel mogelijk kijkers te trekken.”
Afhankelijk van leden
Net als in Amerika is de Nederlandse publieke omroep afhankelijk van leden of donateurs. Dit zorgt volgens Kennedy ervoor dat mensen meer betrokken worden bij de omroepen. In Amerika wordt maar liefst 60 procent van de kosten van de publieke omroep door donateurs opgebracht. Volgens de columnist zijn vooral de radio-uitzendingen een groot succes in de Verenigde Staten. ‘De relatief betere programma’s dan die van Nederlandse publieke radio trekken ongeveer 25 miljoen luisteraars per week’.
Leden betrekken bij programma’s
De columnist doet nog wel een kritische aanbeveling. Hij vindt dat de publieke omroep kijkers en luisteraars meer moet betrekken bij het maken van programma’s. Kennedy schetst het ideaalbeeld: “De publieke omroep moet leden en luisteraars niet zien als tevreden te stellen klanten, maar als partners, enthousiaste medewerkers en coproducenten bij het opbouwen van het publieke domein. In dat opzicht kan de omroep wel wat harder werken. Zodat de mensen en de samenleving dient, en aan zich weet te binden.” [Trouw/RvB/Radio.NL]
