Het uitzenden met een betere foutcorrectie kan ervoor zorgen dat er minder hoge vermogens nodig zijn voor lokale DAB+-netten. Dit stelt René Stevens van HFPrints wireless reporter systems. Nadeel is echter wel dat er dan minder radiostations op één multiplex kunnen.
In de tijd van de experimenteervergunningen heeft dit bedrijf DAB-netwerken in de lucht gebracht in Zandvoort, de kop van Noord-Holland, Zwolle, Rijswijk-Zoetermeer, Uitgeest en Duivendrecht. Ook de OLON-test draaide met zenders van HFPrints.
Sleutelen aan foutcorrectie
Volgens Stevens bleek uit de testen twee jaar geleden dat radiostations afhankelijk van de foutcorrectie meer of minder bereik hadden. “Een goed voorbeeld is de lokale omroep Rijswijk, die met een 100 Watt DAB zender een goede dekking had in het centrum van den Haag, terwijl een flat verderop een 100 Watt zender stond van Den Haag FM, die in hetzelfde centrum geen dekking had. Het verschil zat hem in de foutcorrectie.”
“Met de meest optimale foutcorrectie passen er 9 stations in 64 kbps op een multiplex”, vervolgt Stevens. “Wil je meer stations, dan moet je sleutelen aan de foutcorrectie.” Maar zodra de foutcorrectie afneemt, wordt ook het bereik minder. “Dit is op te lossen door meer vermogen of extra zenders. Bij 18 stations op de multiplex is de oppervlakte van je uitzendgebied gehalveerd.”
Het spelen met foutcorrectie is alleen mogelijk als er een beperkt aantal radiostations per multiplex gaan uitzenden. EZK is echter van plan om vergunningen uit te geven aan 12 radiostations per multiplex, al betekent dit niet dat op alle lokale multiplexen ook daadwerkelijk 12 radiostations gaan uitzenden.
Software defined DAB of cloud
Volgens Stevens is het mogelijk voor de omroepen om zelf hun DAB-net te bouwen. “Internationaal wordt er door lokale en streekomroepen gewerkt met de Software Defined DAB-zenders. Een goedkope manier van DAB maken. Voorwaarde is wel dat men een stabiele multiplex weet te maken. Omroepen die een goede software engineer hebben, kunnen zo zeer voordelig het signaal multiplexen en aanleveren.” Ook zijn er nog zogenaamde cloud oplossingen waarbij de multiplex elders wordt gemaakt en via internet wordt aangeboden aan de zenders.
Wie dit niet zelf kan, kan terecht bij een zenderbedrijf. Deze kan de apparatuur niet alleen leveren en plaatsen, maar eventueel ook onderhouden.
Wel adviseert Stevens om met enkele grote zenders optimale dekking te maken in plaats van tig zenders met zeer laag vermogen, zoals in eerste instantie bij de OLON-test in de Achterhoek werd gedaan.
Radiostations kunnen nog tot dinsdag 3 december hun visie geven op de plannen van EZK. [Radiowereld.NL]
Foto: Radio.NL
