Het bekende tv-spelletje Lingo zalvolgens de Amsterdamse computerprogrammeur en taalfreak Paul Heikens ‘nooit meer hetzelfde zijn’, nu hij heeft uitgerekend wat de ideale woorden zijn om elk spelletje mee te beginnen. Op zijn eigen Internetsite geeft hij een deel van het geheim gratis weg. ( surf.to/winlingo )
Bij Lingo is het de bedoeling binnen vijf beurten een woord van vijf letters te raden, waarbij de beginletter wordt gegeven. Het is geënt op Mastermind. Twee teams spelen tegen elkaar, zij proberen zo veel mogelijk woorden te raden. Na enkele afleveringen van Lingo bekeken te hebben, constateerde Heikens dat de meeste kandidaten vrij inefficiënte lettercombinaties gebruiken om tot het gevraagde woord te komen. In de overtuiging dat dit sneller en doeltreffender kan, liet hij de computer de beste beginwoorden berekenen. Heikens stelde met behulp van het Groene boekje en de Van Dale voor elke beginletter vast welke letters in vijfletterwoorden het meeste voorkomen.
De twaalf meest voorkomende combineerde hij tot drie vijfletterwoorden – met de A bijvoorbeeld zijn dat ASTER, ANIMA en ALOUD. Een kandidaat die met deze drie woorden begint, heeft de meeste kans de letters van het gevraagde woord te treffen. ”Je ziet,” zegt Heikens, ”dat kandidaten vaak beginnen met ADIEU. Dan hebben ze wel de klinkers, maar kunnen ze de medeklinkers er niet meer efficiënt uithalen. Met mijn drie A-woorden doen ze het veel sneller. Dan hebben ze nog twee beurten over om het woord te vinden – dat moeten ze dan zelf doen. Voor de finale, waarin de kandidaten twee letters krijgen, ben ik nog aan het rekenen.” Heikens heeft op zijn Internet-pagina de beste drie beginwoorden met A, B en C gezet; voor de overige letters vraagt hij honderd gulden. ”Het begon als hobby, maar de kandidaten kunnen met Lingo veel geld winnen, en ik vond het eigenlijk onzin mijn idee zomaar weg te geven.”
Lingo-presentator François Boulanger verwacht van de ontdekking van Heikens geen gevaar. ”Ik ben er niet bang voor, omdat je zoiets nog wel even helemaal uit je hoofd moet leren. Daarbij mag één ding niet worden vergeten: kandidaten kunnen zich nog zo goed voorbereiden, als de opname begint, komen de meeste onder een gigantische druk te staan en blijken ze niets aan die voorbereiding te hebben. Dan begint een woord met een G, happen ze naar lucht en zeggen ze GRAS. Nee, laat al die slimme computerjongetjes maar komen.”
