Tegelijk worden de prijsverschillen tussen de kranten groter. Dit is volgens vakblad De Journalist een gevolg van het besluit van de NDP om geen richtlijn meer vast te stellen.
De prijsverhoging ligt globaal tussen de 3 en 6 procent. De prijs van losse nummers steeg bij sommige kranten met een dubbeltje (De Telegraaf en AD), bij andere met 15 cent (de Volkskrant en NRC) en bij Trouw met een kwartje (dat is 12,5 procent). Op werkdagen varieert de prijs bij landelijke kranten nu van f 1,90 (De Telegraaf per 1 februari) tot f 2,50 (NRC per 1 januari). Op zaterdagen worden de verschillen ook groter. De Volkskrant werd in een half jaar tijd 50 cent duurder en kost nu op zaterdag f 3,50, dat is 50 cent meer dan De Telegraaf.
De Nederlandse Dagbladpers besloot de prijzen los te laten omdat de overheid niet langer vrijstelling wil geven van het verbod op prijsbinding. Weliswaar is tegen dat besluit beroep aangetekend, met opschortende werking, maar de NDP wilde dit jaar toch geen minimum-verhoging afspreken.
Vorige jaren stegen de prijzen meestal met een percentage in de buurt van de inflatie, ongeveer 3 procent. Doordat de kosten van de bezorging snel stijgen, wilden veel kranten nu meer omhoog. Voor sommige kranten komt daar nog een bedrag bij vanwege andere kosten (vergoeding voor elektronisch hergebruik aan freelancers, dure zaterdagbijlagen, enzovoorts). (Villa Media)