Ik zat deze zomer rustig in het zonnetje te genieten van het feit dat ik voor het eerst in 5 jaar tijdens mijn vakantie goed weer had. Goed weer…… eigenlijk was het te goed weer, want zoals dat in Nederland vaker gebeurd, was het weer eens veel te warm of te benauwd om wat zinnigs te gaan doen. In dat soort gevallen gaat dan al gauw de radio aan en wordt de koude fles Spa blauw uit de vriezer gehaald.
Echt heel toevallig stond de radio nadat ik hem had aangezet op Radio1 en viel direct binnen bij het begin van een gesprek over de frequentieverdeling. Aan het woord waren Robin van Linschoten van de SCR, Martin Bosgra van Colorful Radio en een verdwaalde CDA kamerlid die waarschijnlijk op dat moment als enige thuis was om de pers te woord te staan. De naam van de goede man ben ik vlug vergeten want er kwam weinig zinnigs uit zijn mond, maar daar later meer over.
Natuurlijk hebben ze bij 538 en SkyRadio de beste zet gedaan in dit hele steekspel. Immers een politiek zwaargewicht als Robin van Linschoten weet zijn weg wel in het Haagse. Hij wist dan ook al twee weken voordat het kabinet met de definitieve beslissing kwam precies wat die beslissing was. Daardoor doet hij voor de Samenwerkende Commerciële Radiozenders hele goede zaken.
Martin Bosgra deed verwoede pogingen om duidelijk te maken dat zijn Colorful Radio samen met zenders als ID&T en dergelijke geen eerlijke kans kregen om een etherfrequentie te verkrijgen en dat dit noodzakelijk was voor een goede gezonde bedrijfsvoering. Nou ik denk dat ik meneer Bosgra uit een droom kan helpen. Ook met een goede etherfrequentie kan een zender als Colorful Radio zich echt niet staande houden of men moet zoveel verbouwen aan het huidige format dat Colorful Radio Colouful Radio niet meer is. Maar echt het toppunt van de hele discussie was de uitspraak van onze christelijke politieke makker dat een veiling van de frequenties niet goed was voor de landelijke, regionale maar ook lokale commerciële omroepen.
Die laatste uitspraak wil ik dan wel eens ontleden. Landelijke commerciële omroepen kan ik nog goed begrijpen als dit uit de mond van een landelijke Haagse politicus komt. Immers de goede lobby van deze tak van commerciële omroepen is zeer bekend bij politici. Je kan je bijna gaan afvragen of we niet eens een parlementaire enquête moeten gaan instellen om eens goed te bekijken hoeveel keer kerst het bij de landelijke commerciële omroepen per jaar is als het om belangrijke personen gaat in deze materie.
Bij de uitspraak over regionale commerciële omroepen wordt het al wat bedenkelijker. Natuurlijk zal hij brieven hebben ontvangen van stations als HotRadio en Keizerstad maar of dit nu zo belangrijk voor hem zou zijn geweest…….. denk het niet.
Echt gillend van de lach en zwetend van de hitte werd het me toen hij het had over lokale omroepen. Als ze ergens wel nooit meer aan hebben gedacht in Den Haag dan is het wel aan de lokale omroepen. Het enige moment van aandacht was er misschien toen de wet werd goedgekeurd welke het mogelijk maakte om een legale lokale omroep te kunnen bedrijven in Nederland. Zelfs daar heb ik mijn twijfels nog over want volgens mij lagen ze toen zelfs nog allemaal te slapen.
Lokale omroep in Nederland is altijd al een ver ondergeschoven kindje geweest. Door een lobby van de OLON in de jaren 80 was men in politiek Den Haag al op de hoogte gebracht van dit fenomeen maar de echte doorslag kwam tot stand uit politieke redenen. Immers de Radio Controle Dienst kwam met het plan voor de lokale omroepen. Men had in het land heel veel last van illegale radiozenders welke clandestien een frequentie toe eigende en daar hele grote uitzendvermogens op wegzette. Om dit te bestrijden had men veel manuren nodig en dus veel tijd. Het politiek besef voor deze geldverslindende acties was er niet en moest gecreëerd worden door de lokale omroepen.
Men had dan immers een stok om de illegale zenders nog meer mee te slaan en in die tijd werden dan ook de eerste echte harde acties tegen illegale radiozenders opgezet. Amsterdam ging voorop. Den Haag en Nijmegen volgden al snel. De drie grote piratenbolwerken werden met de grond gelijk gemaakt door de overheid. Met als reden men kon toch lokale omroep bedrijven.
Nou dat lokale omroep bedrijven werd de grootste lacher uit de vaderlandse radiogeschiedenis. Met radiozenders met een bereik waar een gemiddelde babyfoon niet warm van wordt moest men lokale radio gaan bedrijven. Om geld moest niet gezeurd worden dat moest zelf geregeld worden. Reclame ja dat mocht niet want zeg dat zou een bedreiging zijn voor de landelijke en regionale omroepen. Een doodgeboren kindje dus.
En nog steeds is de lokale omroep een doodgeboren kindje. Slechts enkele kunnen een beluisterbaar programma uit de radio slingeren. En dat is niet omdat die duizenden vrijwilligers het zo slecht doen maar meer omdat men zich moet houden aan zoveel regelgeving. Je moet zelfs een verzoek doen aan het Commissariaat van de Media als men een programmamaker een scheet wil te horen laten brengen op de radio. De enkele die dan een positieve uitstraling hebben zijn dan ook de omroepen welke gebruik maken van Ubocht constructies met productiebedrijven om toch nog een beetje geld te kunnen genereren om een redelijk product in de ether te zetten.
Daarom moest ik gelijk denken aan de Van Kooten en De Bie uitdrukking…mag ik een teiltje…toen ik dit verwarde CDA kamerlid hoorde praten over lokale omroepen die dan een belangrijk onderdeel zou zijn waarom er geen veiling zou moeten plaatsvinden. Nooit hebben ze bij het CDA of welk andere politieke partij gedacht aan de lokale omroep en nu ze het goed uitkomen dan hebben ze dat woord wel in de mond.
Ik word daar zo ziek van dat buikkrampen het teiltje wel degelijk nodig maken. Lokale omroepen laat me niet lachen. Op deze manier kan men beter de stekker uit deze lijdende patiënt halen. Nu politiek Den Haag dan toch weer het woord lokale omroep in de woord neemt kan men ook gelijk beslissen want men hiermee zou willen doen.
Of je maakt regelgeving voor lokale omroepen minder strak of je beslist dat je ze opheft. Dat is de enige manier om de duizenden vrijwilligers die in deze sector bezig zijn waarde te doen en niet te behandelen als een stel dwazen zoals dit met de huidige regelgeving wel gebeurd.