De commerciële zenders betichten de NOS met enige regelmaat van oneerlijke concurrentie in de strijd om de voetbalrechten. Onder politici gaan stemmen op om de sportmiljoenen in andere programma’s te steken nu de omroepen drastisch moeten bezuinigen. Maar bestuurders in Hilversum hameren op het levensbelang’ van sport voor de publieke omroep.
De NOS heeft de afgelopen weken goede zaken gedaan. De uitzendrechten van het WK Voetbal in 2006 werden binnengesleept en het contract met de Holland Casino Eredivisie werd tot medio 2005 verlengd.
De commerciële zenders hielden hun hand op de knip. WK’s zijn commercieel niet interessant, zeker niet als het contract moet worden getekend op het moment dat nog niet duidelijk is of Nederland zich zal kwalificeren. Voor één seizoen eredivisie zijn de investeringen te hoog, dus haakten RTL en SBS ook bij die onderhandelingen af. Beide partijen zijn wel van plan in 2005, als de rechten van zowel de samenvattingen als de live-wedstrijden in de Holland Casino Eredivisie voor meerdere jaren vrijvallen, tot het uiterste te gaan.
Oneerlijk
De commerciëlen betichten de NOS nu alvast van oneerlijke concurrentie. Een rekensommetje, simpelweg gebaseerd op de hoogte van de reclame-inkomsten, leert hoe ver zij kunnen gaan in de onderhandelingen. De NOS daarentegen vindt altijd wel ergens een potje met publiek geld om meer te bieden, zo luidt de kritiek.
‘De NOS beschikt over een vast budget voor sportrechten, jaarlijks 55 miljoen euro, waaruit álle sport wordt gefinancierd’, verduidelijkt Cees Vis, die als lid van de raad van bestuur van de Publieke Omroep regelmatig deelneemt aan de onderhandelingen over sportrechten. ‘Als de bedragen de pan uitrijzen omdat er veel gegadigden zijn, kun je die begroting niet zomaar verhogen met tien of twintig miljoen. Dan moet je prioriteiten stellen binnen het sportaanbod of bezuinigen op andere programma’s. De eredivisie-samenvattingen hebben topprioriteit bij de NOS. Als je Studio Sport op zondagavond vult met korfbal, daarna een wedstrijd waterpolo en tenslotte bobsleeën voor dames, kijkt er geen hond meer.’
De publieke omroep beschikt over Ster-inkomsten plus een rijksbijdrage. Hebben de commerciële zenders ongelijk als ze betogen dat de NOS daardoor altijd meer kan bieden?
Vis: ‘Als wij doen waar de concurrenten ons van betichten, zou toch alle sport bij de NOS zitten? Ze hebben het nooit over wat er allemaal al weg is. Los van de eindtoernooien is al het interlandvoetbal te zien bij SBS en RTL. Kennelijk hebben wij dus niet voldoende geboden. Een groot misverstand is dat de reclame-opbrengsten van de Ster rechtstreeks naar de omroepen terugvloeien. Die gaan naar het ministerie van OCW.’
‘Sport trekt veel kijkers en genereert dus hoge reclame-inkomsten. Dat is fijn voor de staatssecretaris van media, anders zou er nog meer belastinggeld naar de omroep moeten.’
Waarom biedt de publieke omroep niet op bijvoorbeeld de interlands van het Nederlands elftal?
Vis: ‘Los van de grenzen aan het budget wíl de NOS niet alles. Naast de eredivisie zetten wij in op de WK’s en EK’s en de Olympische Spelen. Omdat we grote sportevenementen graag op de zender hebben, maar ook omdat ze anders niet te zien zijn. De commerciëlen willen ze niet hebben omdat er niets aan valt te verdienen. Dat Nederland vorig jaar niet meedeed aan het WK in Japan en Zuid-Korea, scheelde een hoop reclame-inkomsten. Wij kijken echter niet hoeveel zo’n toernooi oplevert. Wij zenden het uit omdat een groot publiek er graag naar kijkt.’ [Eindhovensdagblad/Radio.NL]