Als jongerenomroep BNN verdwijnt, raakt de publieke omroep zijn gezicht voor de jeugd kwijt. Dat zei voorzitter Gerard Timmer gisteren tijdens de presentatie van de nieuwe BNN-zomerprogramma’s.
En die was niet geheel toevallig op de vooravond van het debat in de Eerste Kamer over het aantal leden dat een omroep minimaal moet hebben. Vandaag beslist de Eerste Kamer daarover en daarmee over het voortbestaan van de zender.
Timmer vindt het oneerlijk dat zijn omroep 300000 leden moet verzamelen om te mogen blijven uitzenden. Dat zijn er 76000 meer dan BNN nu heeft. BNN is vooral een omroep voor jongeren en die zijn niet snel geneigd om ergens lid van te worden, stelt hij. Bovendien heeft BNN geen eigen omroepblad. Veel leden van andere omroepen steunen die omroep niet echt, maar willen alleen maar een tv-gids, denkt Timmer. In pure steun uitgedrukt kon BNN volgens hem best wel eens één van de grootste omroepen zijn: sinds de actie voor hun voortbestaan ontving de omroep 140000 adhesiebetuigingen.
De onzekere positie van de jongerenomroep is volgens de voorzitter mede het resultaat van mensen en instanties die al langer moeite hebben met BNN en nu bloed ruiken. Wie dat precies zijn, wil hij niet zeggen, maar het gaat volgens Timmer om mensen in de politiek, media en directe omgeving van de omroep.
Nieuwe zenders als BNN mogen met 50000 leden beginnen, op voorwaarde dat zij binnen vijf jaar 300000 leden hebben verzameld. Staatssecretaris Medy van der Laan (media) wil die drempel naar 150000 verlagen. Ook de Tweede Kamer en de jongerengroepen van CDA, VVD, D66, PvdA, Groen Links en SP zijn daar voor. De Eerste Kamer moet echter nog met het wetsvoorstel instemmen en daar lijkt weinig sympathie te zijn voor de omroep. Senatoren van CDA en PvdA noemden het voorstel eerder ‘gelegenheidswetgeving’. [Trouw/Radio.NL]