Het Commissariaat voor de Media moet na aanleiding van de uitspraak van de rechter op 5 juni opnieuw beslissen hoe de zendtijd voor omroepen met een geestelijke grondslag moet worden verdeeld. Onzorgvuldig en niet toereikend gemotiveerd, noemde de Rechtbank Amsterdam in zijn uitspraak het besluit van het CvdM om de radio- en tv-zendtijd van de Humanistische Omroep per 1 september 2005 substantieel te verminderen.
Van groot belang voor de rechtbank is vooral dat de mediawaakhond, het CvdM gehandeld heeft tegen het gelijkheidsbeginsel, door bij het vaststellen van de aanhang van het humanisme in de Nederlandse samenleving andere criteria te hanteren dan bij de berekening van het aantal protestanten, katholieken en moslims. Mede op grond hiervan zijn de bezwaren van de Humanistische Omroep tegen het besluit van het CvdM gegrond veklaard. Het CvdM is opgedragen een nieuw besluit te nemen met inachtneming van de overwegingen van de Rechtbank. [Radiowereld.NL]