Column: Is er toekomst voor niet-landelijke commerciële radio?

De publieke lokale omroepen in Nederland hebben het over het algemeen niet makkelijk, maar de niet-landelijke commerciële stations hebben het misschien nog wel moeilijker. Waar de publieke omroepen nog aanspraak kunnen maken op subsidie moeten de kleine commerciële stations zelf de broek ophouden en kunnen zij het zich niet veroorloven om al teveel concessies aan de kwaliteit te doen. De niet-landelijke commerciële omroepen vallen wat dat betreft tussen de wal en het schip: vaak te klein om rendabel te zijn en te groot voor de kleinere lokale adverteerder.

Er zijn ook veel mensen die vinden dat de niet-landelijke commerciële omroepen niets toevoegen omdat ze door hun commerciële karakter vaak kopieën van landelijke commerciële stations zouden zijn. En als je kunt luisteren naar het landelijke origineel en de (minder goede) niet-landelijke kopie dan kies je natuurlijk voor “the real thing”. Vandaar ook dat niet-landelijke stations hun uiterste best doen om zich te onderscheiden door zich zoveel mogelijk op de niet-landelijke luisteraar te richten met o.a. nieuws uit de regio.

Maar als je dat doet trek je als radiostation over het algemeen al gauw wat oudere luisteraars en heb je dus een probleem als je als niet-landelijk station jongeren wilt bereiken. En als je dat niet doet onderscheid je je als niet-landelijke station niet genoeg van de landelijke stations zodat je daar moeilijk mee kunt concurreren. Hopeloos, zo’n niet-landelijk station zou je denken. Lees verder

Gerelateerde berichten