De NPS vindt het onterecht dat haar boetes worden opgelegd vanwege het niet halen van de wettelijke percentages minderhedenprogramma’s op radio en televisie in 2005. Dat de percentages niet gehaald zijn, is te wijten aan besluiten van de Publieke Omroep en niet doordat de NPS opeens veel minder minderhedenprogramma’s is gaan uitzenden. Dat betoogde de NPS donderdag tijdens een hoorzitting van het CvdM, dat de NPS in totaal 27.000 euro aan boetes wil opleggen.
‘In het voorjaar van 2005 besloot de netcoördinator van Nederland 3 NOVA en Buitenhof in de zogenoemde nachtcarrousel te gaan herhalen. Beide programma’s worden mede door de NPS gemaakt. Het aantal uitzenduren van de NPS steeg hierdoor zo fors, dat het percentage minderhedenprogramma’s automatisch daalde tot 16 procent. De NPS hoort 20 procent van haar tv-programmering aan etnische of culturele minderheden te besteden. De NPS had de Publieke Omroep gewezen op de gevolgen voor het minderhedenpercentage en gevraagd dit met het Commissariaat voor de Media (CvdM) te regelen. Dat is niet gebeurd.
De daling van het percentage deed zich overigens voor ondanks een toename van het aantal uren multiculturele televisie van de NPS in 2005, dat resulteerde in een aantal nieuwe en vernieuwende programma’s, zoals de Meiden van Halal, Planet Holland en People on the Move. Om te voorkomen dat het percentage ook in 2006 onder het wettelijk minimum blijft, worden sinds 14 oktober NPS-programma’s als City Folk, People on the Move, Wereldcinema en NPS Arena herhaald in de nachtcarrousel op Nederland 2.
Radio
Op de radio moet de NPS minimaal 25 procent minderhedenprogramma’s uitzenden tussen 06.00 en 24.00 uur. Dat percentage wordt sinds 2004 niet meer gehaald. In dat jaar kreeg de NPS, als gevolg van de bezuinigingen, een groot aantal zenduren erbij, met name op het gebied van muziek. Het aandeel minderhedenprogramma’s daalde daardoor in 2004 tot 23,99 procent en in 2005 tot 20,82 procent. Om de daling te keren, wilde de NPS meer uren multiculturele radio maken, maar ook hier werkte de Raad van Bestuur van de Publieke Omroep onvoldoende aan mee. Het urbanprogramma ‘Lijn 5’ was aanvankelijk ingedeeld voor 120 minuten. Op het laatste moment moest de zendtijd voor politieke partijen op een ‘courant tijdstip’ worden ingedeeld, ten koste van minderhedenzendtijd van de NPS. Resteerde 105 minuten per werkdag. Dit kostte de NPS op jaarbasis 65 uur zendtijd. De verantwoordelijkheid voor deze ‘korting’ ligt volgens de NPS bij de autoriteit die de indeling vaststelt, de Raad van Bestuur van de Publieke Omroep.
De NPS vindt het onterecht dat ze over 2005 een bestuurlijke boete krijgt, omdat de Raad van Bestuur van de Publieke Omroep heeft verzuimd voldoende multiculturele programma’s te plaatsen die wel door de NPS waren aangeboden. De NPS is niet de instantie die besluit over de plaatsing van programma’s op radio en televisie. Zendtijdbesluiten zijn een monopolie van de Raad van Bestuur. Handhavend optreden van het CvdM richting de NPS is daarom niet gerechtvaardigd. De NPS is van mening dat de Raad van Bestuur bij zendtijdbesluiten in overleg met de NPS moet treden en gezamenlijk moet worden voldaan aan de intenties en verplichtingen van de wet.’ [Radiowereld.NL]