APR wint procedure omtrent looptijd radioadviezen

De Stichting Algemene Programma Raad is door de Rechtbank Amsterdam in het gelijk gesteld in de kwestie van de looptijd van de radioadviezen. De APR had deze procedure aangespannen tegen het Commissariaat voor de Media. De APR en een aantal andere programmaraden waren het al enige tijd oneens met het besluit van kabelexploitant UPC om de looptijd van een radioadvies op twee jaar te stellen.

UPC gaf geen uitvoering aan het door de APR uitgebrachte Advies Kabelplan Radio 2006-2007, maar verlengde de werking van het Advies Kabelplan Radio 2005-2006 met een jaar. Aan het Commissariaat voor de Media werd daarop verzocht om handhavend op te treden tegen UPC.

Commissariaat voor de Media in ongelijk gesteld
Het Commissariaat voor de Media stelde de APR tot tweemaal toe in het ongelijk omdat hij meende dat de mediawettelijke grondslag om tot handhaving over te gaan zou ontbreken. Hierna is de APR een procedure gestart bij de Rechtbank Amsterdam. Bij uitspraak van 9 mei 2007 heeft de Rechtbank de APR in het gelijk gesteld. De Rechtbank oordeelde dat de wet geen grond geeft aan de opvatting dat de kabelexploitant de geldigheidsduur van een uitgebracht advies bepaalt.

Het Commissariaat zal, aldus de Rechtbank, nu opnieuw moeten beoordelen of zich zwaarwegende redenen verzetten tegen het volgen van het door de APR uigebrachte Advies Kabelplan Radio 2006-2007. Het Commissariaat dient opnieuw en op korte termijn op het bezwaarschrift van de APR te beslissen. Tevens is het Commissariaat veroordeeld in de proceskosten en dienen de griffierechten te worden vergoed. [Radiowereld.NL]

Gerelateerde berichten