Fotograaf Dirk-Jan Visser is donderdag in Belgrado door Servische relschoppers het ziekenhuis in getrapt. “Drie ribben gekneusd of gebroken, dat is nog niet zeker”, zo tekent zijn opdrachtgever NRC Handelsblad zijn relaas op. “Ik geloof dat ik er nog goed van af ben gekomen. Andere gewonden lagen volledig buiten bewustzijn op de brancards.” Visser is een freelancer die zich tijdelijk in de Balkan heeft gevestigd. Hij maakte foto’s van een grote demonstratie in de Servische hoofdstad tegen de onafhankelijkheid van Kosovo.
In de chaos voor de Amerikaanse ambassade richtte een jongen zich agressief tot Visser, schrijft de krant op haar website. “Binnen een paar seconden liggen er tien man boven op me. Ik val op de grond, terwijl zij flink door blijven trappen”, laat hij vanuit het ziekenhuis weten.
Van twee camera’s en lenzen rest niets anders dan brokstukken. Visser lijkt laconiek over het incident. “Ze waren er nooit op uit om mij te bestelen. Het was pure woede.”
De woede van de Serviërs keerde zich in het bijzonder tegen de Verenigde Staten, die deze week als een van de eerste landen de onafhankelijkheid van Kosovo erkenden. Naast die van de VS waren ook de ambassades van Kroatie, Turkije en Groot-Brittannie doelwit van duizenden betogers. De demonstratie ontaardde al snel in rellen en plunderingen waarbij tientallen gewonden vielen. In de Amerikaanse ambassade werd een verkoold lijk gevonden, nadat relschoppers er brand hadden gesticht. Vermoedelijk is het lichaam van een van de relschoppers. [Novum/Radio.NL]