De Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst is zijn boekje niet te buiten gegaan door twee journalisten van De Telegraaf af te luisteren. Dat stelt de Hoge Raad vrijdag, waarmee het een uitspraak van het gerechtshof in Den Haag uit 2006 bekrachtigt en heeft vastgesteld dat de dienst bevoegd is journalisten af te luisteren. Bij de publicaties van de krant over een lek in de veiligheidsdienst waren ‘gewichtige belangen van de staat in het geding’, aldus de Hoge Raad, het hoogste rechtsorgaan in Nederland.
Twee journalisten van De Telegraaf, Joost de Haas en Bart Mos, schreven in 2006 over het circuleren van AIVD-stukken in het criminele milieu. Ze schreven dat staatsgeheime dossiers over Mink K., veroordeeld voor drugs- en wapenhandel, in handen waren van criminelen en ook in bezit waren van de krant. De groep van K. zou miljoenen hebben gereserveerd voor het omkopen van politie- en justitiemedewerkers. Ook zou K. politiedossiers hebben gekocht. Hard bewijs hiervoor is overigens nooit geleverd.
De journalisten weigerden hun bron binnen de Binnenlandse Veiligheidsdienst, de voorloper van de AIVD, prijs te geven. In november 2006 werden ze enkele dagen gegijzeld op last van justitie maar de twee hielden hun kaken op elkaar. Over de rechtmatigheid van de gijzeling heeft de Hoge Raad vrijdag overigens niet geoordeeld.
“De journalistieke bronbescherming is niet absoluut, want wordt begrensd door onder meer de bescherming van de nationale veiligheid en de noodzaak om de verspreiding van vertrouwelijke informatie te verhinderen”, verklaart de Hoge Raad vrijdag.
Het hof in Den Bosch oordeelde in augustus 2006 al dat journalisten in uitzonderlijke gevallen afgeluisterd mogen worden. De rechters tekenden daarbij aan dat de twee Telegraaf-journalisten te lang waren afgeluisterd. Toen justitie in het onderzoek naar het lek binnen de veiligheidsdienst andere personen in het vizier kreeg, had het moeten stoppen met de afluisterpraktijken.
Justitie stuitte in dit onderzoek naar het lek op voormalig BVD-agent Paul H. Hij werd in oktober vorig jaar veroordeeld, maar lekken naar Mink K. achtte de rechtbank niet bewezen. Wel kreeg hij twee jaar celstraf omdat hij ongeoorloofd informatie in zijn bezit had die hij tegen de regels in buiten het kantoor van de dienst had gebracht. Twee medeverdachten, die gelekt zouden hebben naar de journalisten, werden vrijgesproken wegens gebrek aan bewijs. [Novum/Radio.NL]