Afghaanse journalisten hebben woensdag gezegd een eis van de regering voor een mediastilte met betrekking tot geweldsincidenten op verkiezingsdag te zullen negeren. Zij wijzen er op dat de eis indruist tegen de persvrijheid en het recht van burgers te weten wat er op verkiezingsdag gebeurt.
“Wij zullen dit bevel niet opvolgen. Wij zetten onze normale verslaggeving en nieuwsuitzendingen voort”, zei Rahimullah Samander, de voorzitter van de Onafhankelijke Journalistenbond van Afghanistan. Fahim Dashti, hoofdredacteur van het Engelslatige Kabul Weekly, sprak van ‘een schending van de mediawet’ en de grondwet.
Samander zei dat hij dinsdagavond door een presidentieel woordvoerder over de kwestie was opgebeld. De woordvoerder gaf hem opdracht de bij de bond aangesloten leden van het verbod op de hoogte te brengen. Hij had ronduit geweigerd. Samander wees er op dat de kiezers donderdag zullen willen weten of het veilig is te stemmen, en daarvoor bij radio, televisie en internet te rade gaan. “Als zij de informatie niet kunnen vinden, wordt het heel moeilijk deel te nemen.”
De eigenaar van een mediaconglomeraat, Saad Mohseni, zei dat Afghaanse media zelf moeten beoordelen wat ze wel of niet doorgeven. Hij waarschuwde tegen sensatiezucht, maar noemde het verbod belachelijk. “Om het met een soort presidentieel decreet af te dwingen is bizar”, aldus Mohseni,
Eerder maakte Afghanistan-onderzoeker Rachel Reid van Human Rights Watch gewag van ‘een onredelijke inperking van de persvrijheid’. Volgens Reid hebben ‘de Afghanen het recht te weten welk gevaar ze lopen en zelf hun veiligheid te kunnen inschatten’. Het ministerie van buitenlandse zaken liet dinsdag een verklaring uitgaan waarin van nieuwsorganisaties wordt geëist donderdag tussen 06.00 en 20.00 uur geen verslag te doen van geweldsincidenten. Als reden werd gegeven dat het van belang is dat zoveel mogelijk Afghanen naar de stembus gaan. [Novum/AP/Radio.NL]
