Hulporganisaties en advocaten zijn huiverig om schrijnende zaken van uitgeprocedeerde asielzoekers in de publiciteit te brengen. De aanleiding is de ophef over het Afghaanse meisje Sahar, schrijft de Volkskrant zaterdag.
De media-aandacht doet volgens de organisaties meer kwaad dan goed voor uitgeprocedeerde asielzoekers die hopen dat de minister voor Immigratie en Asiel Gerd Leers (CDA) voor hen een uitzondering maakt. Dat gebeurde ook in de zaak van Sahar en haar familie.
Maar doordat de zaak volop in de aandacht stond zou het voor Leers geen optie meer zijn geweest om alsnog een verblijfsvergunning te geven. Eerder werden kranten en televisie juist bestookt met schrijnende verhalen over asielzoekers. De hoop was dat deze zaken door de media werden opgepakt, zodat het kabinet onder druk kwam te staan de asielzoekers alsnog toe te laten.
Nu een nieuw kabinet van VVD en CDA met gedoogsteun van de PVV aan de macht is, pakt het anders uit. Leers liet doorschermeren dat hij wellicht een uitzondering had kunnen maken voor Sahar en haar familie, als de zaak hem discreet was voorgelegd.
Een andere strategie lijkt volgens Vluchtelingenwerk nodig. Door alle media-aandacht rond de zaak Sahar voelde Leers zich in een hoek gedrukt, zegt een woordvoerder van Vluchtelingenwerk in de krant.
De ouders van Sahar en hun drie kinderen vroegen Leers op 17 november om een verblijfsvergunning, wat een week later werd afgewezen. Het gezin is al tien jaar in Nederland en vreest niet zonder gevaar terug te kunnen keren naar Afghanistan omdat ze zijn verwesterd. Sahar denkt bovendien niet dat ze nog kan aarden in het Afghaanse schoolsysteem.
De rechtbank in Den Bosch bepaalde 20 januari dat Sahar Hbrahimgel en haar familieleden uit het Friese Sint Annaparochie Nederland voorlopig niet mogen worden uitgezet. Het hoger beroep in de zaak wordt op 30 maart door de Raad van State behandeld. [Novum/Radio.NL]