De netto mediabestedingen zijn in 2020 gedaald met 6,3% tot € 4,4 miljard. De impact van corona was groot, maar verschilde sterk per mediumtype. De kijk- en luistertijd is vorig jaar goed gestegen, toch is er een daling in de bestedingen van radio en tv.
Toch viel die daling in vergelijking met de meeste andere mediumtypen mee.
Radio en TV
Radiozenders zagen hun inkomsten uit commercials afnemen met bijna 17%, ondanks dat de luistertijd toenam.
Veel adverteerders annuleerden hun campagnes uit onzekerheid over de pandemie, maar ook de sluiting van winkels en horecagelegenheden en de toeristenbranche die vrijwel volledig tot stilstand kwam leidden ertoe dat broadcasters de toegenomen kijk- en luistertijd niet konden verzilveren.
Per saldo namen de totale netto mediabestedingen in 2020 af met € 294 miljoen. Dat was het resultaat van een daling van € 452 miljoen bij offline media en een stijging van € 158 miljoen bij online. De daling van 6,3% van de totale netto mediabestedingen in 2020 was groot, maar in 2009 tijdens de kredietcrisis was de afname van de reclame-uitgaven met 12,4% bijna twee keer zo groot.
De grootste krimp van de mediabestedingen was te zien bij out of home en bioscoop. De bestedingen aan print namen met 22,6% ook sterk af in 2020. De verdere invoering van de Ja/-ja-sticker droeg daar erg aan bij. En voor het eerst gingen meer mediabestedingen naar online (52%) dan naar offline mediumtypen.
In de afgelopen vijf jaar groeiden de online mediabestedingen met 37%. Het was daarmee niet alleen de grootste, maar ook de enige stijger. Alle andere mediumtypen zagen de inkomsten uit advertenties dalen. Televisie hield de schade met -11% beperkt, hetzelfde gold voor radio met een afname van 13%, Print verloor maar liefst 40% van zijn advertentieomzet. Out of home verloor een kwart van de advertentiebstedingen en de bioscoop de helft. [Radiowereld.NL]
