Een redacteur heeft in een getuigenis gezegd dat Roman Polanski, vlak na de dood van zijn echtgenote Sharon Tate in 1969, in een restaurant een vrouw verleidde
Regisseur Roman Polanski heeft vlak na de dood van zijn echtgenote Sharon Tate in 1969, in een restaurant een vrouw verleid. Dat heeft een Amerikaanse journalist woensdag verklaard voor de rechtbank in Londen. De journalist is de bron van een quote over Polanski’s versierpoging waarover het blad Vanity Fair in 2002 schreef.
Lewis Lapham, zoals de bewuste journalist heet, was getuige in een zaak die Polanski heeft aangespannen tegen de uitgever van Vanity Fair, Conde Nast. In het artikel werd gemeld dat de regisseur op weg naar de begrafenis van zijn echtgenote een vrouw zou hebben verleid. Door de getuigenis werd duidelijk dat dit niet toen, maar twee weken daarna gebeurde.
Lapham zegt dat hij in het restaurant in Manhattan aan hetzelfde tafeltje als Polanski zat. Volgens hem maakte de regisseur aan de lopende band ‘onsmakelijke en vulgaire’ toespelingen. “Op een gegeven moment legde hij zijn hand op het been van de vrouw en zei: ‘Ik kan van jou een filmster maken. Jij wordt de nieuwe Sharon Tate’.” Lapham was geshockeerd, omdat Tate – die in verwachting was – twee weken daarvoor in Los Angeles was vermoord door volgelingen van de Amerikaanse seriemoordenaar Charles Manson.
Polanski, die van Poolse afkomst is, was zelf niet in de rechtszaal in Londen aanwezig. Hij loopt kans te worden gearresteerd en uitgeleverd aan de Verenigde Staten als hij zich op Brits grondgebied begeeft wegens beschuldigden van seks met een minderjarig in 1978.
Polanski zei maandag, via een videoverbinding met Frankrijk, dat hij het slachtoffer is van een ‘afschuwelijke leugen’ en dat het artikel bijzonder kwetsend voor hem is. De regisseur zegt dat de herinneringen aan de periode volgend op de moord ‘vaag’ zijn. Mia Farrow, de hoofdrolspeelster in Polanski’s klassieker ‘Rosemary’s baby’ uit 1968, zegt dat hij inderdaad erg verward was in die tijd.
[Novum]
