Rapper Proof is op 11 april niet vermoord door een uitsmijter van een club in Detroit, maar neergeschoten uit zelfverdediging. Dat stelt de openbaar aanklager.
Rapper Proof is op 11 april niet vermoord door een uitsmijter van de club CCC in Detroit, maar neergeschoten uit zelfverdediging. Dat is dinsdag uit onderzoek van openbaar aanklager Kym Worthy gebleken, meldt MTV. Worthy had eerder de mogelijkheid van een moordzaak nog opengehouden.
De uitsmijter, Mario Etheridge, meldde zich kort na de moord op de rapper vrijwillig bij de politie van Detroit. Hij verklaarde op Proof te hebben geschoten om zijn neef te beschermen. Proof had even daarvoor de 35-jarige neef van de portier op zijn hoofd geslagen met een pistool en hem daarna door het hoofd geschoten, zo bleek volgens MTV eerder uit onderzoek van justitie. De 28-jarige Etheridge schoot daarop tweemaal op de rapper.
Etheridge werd na zijn verhoor en na verklaringen van politie en getuigen alleen aangeklaagd voor illegaal wapenbezit. Hij zou die avond twee pistolen bij zich hebben gehad, maar had daar geen vergunning voor. Hij moet zich vrijdag bij de rechtbank verantwoorden voor de aanklacht.
De als Deshaun Holton geboren Proof maakte deel uit van D12, de rapgroep van zijn jeugdvriend Eminem. De overgebleven leden van de hiphopformatie maakten een maand na het overlijden van Proof bekend verder te gaan met de opnamen van hun nieuwe album.
[Novum]