Dat ‘Het wapen van Geldrop’ is geflopt in de bioscoop is voor Katja Schuurman een opluchting. “Op een bizarre manier is dit alles ook een bevrijding”, zegt ze.
Dat haar film ‘Het wapen van Geldrop’ vorige maand geweldig flopte in de bioscoop, was voor Katja Schuurman zowel een teleurstelling als een opluchting. “Ik had gehoopt dat het publiek net zo blij zou worden van de film als ikzelf”, vertelt ze in weekblad Flair. “Op een bizarre manier is dit alles ook een bevrijding: dat ik een keer niet voldoe aan de verwachtingen. Dat ik even van mijn voetstuk val en gedwongen word na te denken: hoe kon dit?”
‘Het wapen van Geldrop’, geregisseerd door Thijs Römer, de echtgenoot van Schuurman, was een week na de première in nog maar één bioscoop te zien. Het wegblijven van publiek wijt de 33-jarige actrice aan tegenvallende recensies en de complexiteit van de film. “Als mensen geïrriteerd zijn dat we geen hapklare brokken hebben gemaakt, dan is dat jammer, maar dat maakt de film voor mij geen stuiver minder waard.”
Toch blijft bij Schuurman de neiging overheersen mensen te behagen en tevreden te stellen, zo benadrukt ze in het interview met Flair. “Ik wil niemand voor het hoofd stoten”, legt ze uit. “Het is ook lastig, keuzes maken, als je zoals ik zo’n rijk leven hebt.”
Soms zou de actrice het liefst uit haar hectische leventje stappen om een simpeler bestaan na te streven. “Laatst zat ik te fantaseren over mijn ideaal, een commune in Zuid-Frankrijk, zo’n leegstaand dorp opkopen met zijn allen en daar gaan wonen”, zegt ze. “Bleek dat hippies veertig jaar geleden dat soort ideeën ook al hadden.”
[Novum]