Robert Schoemacher moet zijn vader bijna 47.500 euro aan achterstallig honorarium betalen. Dat heeft een rechter besloten. Senior spande het geding aan.
Robert Schoemacher moet zijn vader bijna 47.500 euro aan achterstallig honorarium betalen. Dat heeft een Haagse rechter donderdag besloten. Schoemacher senior had een kort geding aangespannen om het geld te krijgen.
De Schoemachertjes ruziën over de rol en beloning van senior. Die richtte in 1978 het Haagse Medisch Centrum voor Esthetische Geneeskunde op. De kliniek wordt inmiddels gerund door zijn zoon Robert. Na het aftreden van senior werd hij benoemd tot adviseur. Voor die rol zou hij ruim vijftienduizend euro per maand krijgen.
Eind januari deelde Robert mee geen gebruik meer te willen maken van de adviezen van zijn vader. Schoemacher senior ging daarmee akkoord. Robert stelt dat toen ook overeengekomen is dat het honorarium stopgezet zou worden. Zijn vader zegt dat met geen woord over het geld gesproken is en dat hij niet akkoord is gegaan met het stopzetten, omdat hij geen andere inkomsten heeft. Senior ziet de beloning als zijn oudedagvoorziening.
Een Haagse rechter oordeelde donderdag dat inderdaad niet duidelijk is geworden of met het opzeggen van de adviserende rol ook een eind kwam aan de maandelijkse beloning. Robert moet zijn vader niet alleen het achterstallig honorarium betalen, ook draait hij op voor de proceskosten en moet hij de rente over het niet betaalde bedrag ophoesten. Bovendien heeft de rechter bepaald dat Robert zijn vader de ruim vijftienduizend euro per maand moet blijven betalen.
[Novum]
