Inge Ipenburg maakt zich zorgen om wat recensenten vinden van haar debuutroman Het Gerecht. “Nu het dichterbij komt, vind ik het best eng”, zegt ze.
Inge Ipenburg maakt zich zorgen om wat recensenten vinden van haar debuutroman Het Gerecht. “Ik dacht eerst: ik ben helemaal niet zenuwachtig voor recensies, want het is mijn kind en ik hou onvoorwaardelijk van mijn kind”, zegt Ipenburg voor de camera van Novum Nieuws. “Maar nu het dichterbij komt, vind ik het best eng.”
De actrice, die maandag het eerste exemplaar van haar boek ontving uit handen van cabaretier Paul Groot, is naar eigen zeggen zelfs nerveuzer dan bij de première van een film of serie waarin ze speelt. “Het is voor het eerst dat elke letter en elke gedachte van mij afkomstig is”, legt ze uit. “Anders kan ik me altijd nog verschuilen achter de woorden van anderen, maar nu is het echt helemaal van mij.”
De 57-jarige Ipenburg, onder meer bekend van Goede Tijden, Slechte Tijden, Westenwind en Celblok H, wilde altijd al een boek schrijven. “Eigenlijk ben ik mijn hele leven, vanaf dat ik een heel klein kindje ben, altijd verhalen aan het vertellen en toneelstukjes aan het spelen. Alleen dat verhalen vertellen bleef altijd bij columns schrijven en dagboeken bijhouden. En ik dacht wel: ooit ga ik een boek schrijven. Maar als je niet uitkijkt, wordt ‘ooit’ ‘nooit’. Dus het was tijd dat er eindelijk een boek kwam.”
Ipenburg heeft geen idee of mensen anders naar haar boek kijken omdat ze ook actrice is. “Wat je wel hoort is: o jee, weer een BN’er die zo nodig een boek moet schrijven. Maar los daarvan: ik ben geen BN’er die een boek schrijft, ik ben een verhalenverteller die tot voor kort alleen verhalen vertelde met spelen en dat nu ook doet met een boek.”
Het schrijven beviel de actrice zo goed dat ze het verhaal voor een tweede boek al in haar hoofd heeft. “Ik ben er nog niet aan begonnen, want dat vond ik een beetje vreemdgaan ten aanzien van de personages van dit boek.”
[NOVUM]
