Gisteren veranderde het radiolandschap. Volgens de overheid wordt het kleurrijker. Voor de luisteraar zorgt de herverdeling van de commerciële FM-frequenties vooral voor verwarring. Wie is waar te ontvangen?
Radio is een lucratieve bedrijfstak met hoge advertentie-inkomsten en lage productiekosten. Logisch dat het aantal potentiële zendgemachtigden de afgelopen jaren sterk groeide. Steeds meer geïnteresseerden vroegen om duidelijkheid, en daarin heeft de overheid jammerlijk gefaald.
Na jarenlang getob kwam er aanvankelijk een plan om de frequenties via een veiling aan de hoogste bieder te verkopen. Maar een publiekscampagne onder leiding van radiomaker Erik de Zwart toonde vorig jaar aan dat Haagse politici ook op dit punt zwakke knieën hebben. De directeur van Radio 538, inmiddels overgestapt naar concurrent Noordzee FM, vond het oneerlijk dat de door hem populair gemaakte frequentie in andere handen zou kunnen vallen. Via een succesvolle publiekscampagne, resulterend in vele duizenden mailtjes van luisteraars richting Den Haag, wist hij binnen enkele dagen de fracties van PvdA en D66 om te krijgen. Alleen de regering stond nog achter de oude plannen.
De bestaande vergunningen liepen eigenlijk al in 1999 af. Liefst vier keer werden ze verlengd, omdat Den Haag niet tot een besluit kon komen. Uiteindelijk moest de rechter eraan te pas komen. Die bepaalde vorig jaar dat de overheid de frequenties snel moest verdelen. Vanaf 1 juni mogen de acht gelukkigen uitzenden. Minder dan een week vantevoren, afgelopen maandag, werden de winnaars ingelicht. Dat is wel erg kort dag om alle (potentiële) luisteraars op de hoogte te stellen.
Een zogeheten ‘vergelijkende toets’ moest voor verscheidenheid zorgen. Vier frequenties zijn vrij in te vullen en vier moeten aan specifieke eisen voldoen, als een nieuwszender en een frequentie met de nadruk op Nederlandstalige muziek. De logica achter deze inhoudelijke bemoeienis is zoek, de overheid heeft via de publieke zenders genoeg mogelijkheden om het culturele erfgoed te beheren. Na jarenlang geruzie is de staat 323 miljoen euro en een zoveelste ‘rampdossier’ (zoals CDA-kamerlid Joop Atsma in deze krant toegaf) rijker. De eerste verliezers hebben de juridische mallemolen al in gang gezet.