MAX en DNO onderstrepen toegevoegde waarde

Ze hebben er flink voor moeten knokken, want Hilversum stond niet te trappelen. Maar nu ze in het bestel mogen, willen ze vooral positief vooruitkijken naar de komende samenwerking. DeNieuwe Omroep Nútopia (DNO) en Omroep MAX mogen vanaf september 2005 ieder twee uur televisie en negen uur radio per week uitzenden.

De Raad van Bestuur van de Publieke Omroep zat niet op DNO en MAX te wachten, omdat ze geen wezenlijke waarde aan het bestel zouden toevoegen. Het Commissariaat voor de Media zag dat anders, en staatssecretaris Van der Laan volgde dat advies. Van DNO verwacht zij programma’s met een inslag van ‘praktisch idealisme’, terwijl MAX zich moet onderscheiden door de benadering van ouderen in de programma’s. Maar wat betekent dat in de praktijk?
 
Geitenwollen sokken
‘We hebben inderdaad last van een ‘geitenwollensokken-imago’, maar onze programma’s zullen de vooroordelen wegnemen’, zegt DNO-directeur Anna Visser met overtuiging. ‘Kijk maar naar MoveYourAss.tv op onze internetsite. Daar is niks geitenwollensokkenachtigs aan.’ Dat programma wordt gemaakt door jongeren die naar bijvoorbeeld Afrika of Latijns-Amerika gaan en praktische manieren laten zien om de wereld te verbeteren. Onderwerpen als mensenrechten, dierenwelzijn, natuur en milieu en de mondiale verhoudingen staan voor DNO centraal. ‘Natuurlijk komen dat soort zaken ook nu al bij de Publieke Omroep voorbij’, erkent Visser. ‘Maar het gaat om de manier waarop je ze brengt, welke invalshoek je kiest. Wij willen zware onderwerpen licht brengen, op een positieve manier, gericht op oplossingen. We willen mensen aan het denken zetten, zonder belerend te zijn.’

Jan Slagter, oprichter van MAX, benadrukt ook het onderscheidende karakter van zijn omroep. ‘Het Commissariaat voor de Media zei terecht dat MAX de vinger op de zere plek legt. De Publieke Omroep laat wel ouderen zien, maar er zijn geen programma’s specifiek gericht op 50-plussers. Wij gaan programma’s maken vanuit de belevingswereld van ouderen, en die is anders dan die van jongeren.’ Slagter noemt graag een aantal concrete voorbeelden van programma’s die hij wil gaan maken. ‘Neem nou Welkom in mijn leven. Dat draait om twee ouderen en twee jongeren. De ene dag mogen de ouderen bepalen wat ze gaan doen, de andere dag doen de jongeren dat, waardoor over en weer begrip ontstaat. Of denk aan een reisprogramma, ouderen reizen heel anders dan jongeren. Of consumenteninformatie over zaken als pensioenen en ziektekosten, dat komt nog te weinig aan bod. We willen ouderen ook anders in beeld brengen. Nu zie je vaak van die tobbende ouderen met medische problemen. MAX wil ouderen vitaal neerzetten, participerend in de maatschappij.’
 
Hilversum
DNO en MAX zijn niet van plan om naar het Gooi te verhuizen, liever blijven ze iets op afstand. DNO in de voormalige Elektriciteitsfabriek Schiehaven in Rotterdam, MAX in een beetje anoniem bedrijfspand op een industrieterrein in Zoetermeer. Hun betrokkenheid bij het bestel is er overigens niet minder om verzekeren ze. ‘Het is makkelijk om vanaf de zijlijn te schelden op Hilversum. Ik wil het bestel van binnenuit vernieuwen’, stelt Visser. ‘Maar ik heb geen zin in politieke spelletjes. We willen gewoon mooie programma’s maken en samen met andere omroepen een bijdrage leveren aan de Publieke Omroep.’ Ook Slagter kiest volmondig voor het bestel. ‘Samenwerking is het sleutelwoord voor de toekomst. Maar ik houd vast aan ons beleidsplan, ik laat me niet weg vergaderen. We hebben de opdracht de komende jaren ons profiel te laten zien.’ Op welke netten de nieuwkomers terecht komen weten ze nog niet. Jan Slagter denkt aan Nederland 1. ‘Maar 2 kan ook, 3 niet.’ Anna Visser heeft geen voorkeur voor één zender. ‘Ik wil het liefst op alle netten zitten.’ [Spreekbuis/Bas Nieuwenhuijsen/Radio.NL] 

Gerelateerde berichten