Terug in de tijd: Het einde van de Nederlandstalige zeepiraten

Vandaag exact dertig jaar geleden, 19 augustus 1989, kwam er een einde aan de periode van de Nederlandstalige zeepiraten op de Noordzee. Een periode die bijna dertig jaar heeft geduurd. Herbert Visser blikt voor Radio.NL terug op die tijd.

Terug in de tijd: Het einde van de Nederlandstalige zeepiraten Het is nu niet meer voor te stellen, maar pas halverwege de jaren ‘90 begon de opmars van internet in de huishoudens. En in 1992 werd commerciële omroep -weliswaar onder strikte voorwaarden- wettelijk verankerd in de Mediawet. In de gehele jaren ‘80 en de decennia daarvoor was er én geen internet, én was commerciële omroep wettelijk verboden.  De ‘landelijke elektronische media’ bestond enkel uit de tv-zenders Nederland 1, 2 en 3 en de radiozenders 1 t/m 5.  De meest populaire radiozender was Hilversum 3/Radio 3 (nu 3FM), omdat daarop de meeste popmuziek werd uitgezonden.

Achterban
Maar in die tijd vertegenwoordigden omroepen nog écht hun achterban en werden er wekelijks gewoon midden op de dag urenlang psalmen uitgezonden wanneer de Evangelische Omroep zendtijd had op Radio 3. Of live-voetbalverslagen van het zaterdagvoetbal op de NCRV, zoals de IJsselmeervogels tegen FC Katwijk. Stakingen begonnen in de jaren ‘70 en ‘80 altijd op dinsdag, want dan had de socialistische VARA zendtijd en konden de stakers dus rekenen op veel aandacht op Hilversum 3/Radio 3.

Aangezien commerciële omroep in de toenmalige Mediawet ook echt was verboden, kreeg iedereen die het waagde om een vergunning aan te vragen om plaatjes te draaien op de radio, de aanvraag per kerende post retour.  Het was niet de bedoeling van de Nederlandse overheid dat het ‘publieke bestel’ ook maar enige vorm van concurrentie zou gaan ondervinden.

Opmars zeezenders
Maar die concurrentie kwam er toch.  In april 1960 begon Radio Veronica uit te zenden vanaf een schip bij Noordwijk in internationale wateren waar de Nederlandse wetgeving niet meer gold. Later kwamen daar onder meer de Engelse zeezender Radio Caroline bij en in 1971 begon Radio Noordzee voor de kust van Scheveningen met Nederlandstalige uitzendingen.  

In de jaren ‘60 en ‘70 was de FM al wel in opkomst, maar werd er vooral radio via de AM geluisterd. AM signalen kunnen tot honderden kilometers ver reiken waar het bereik van een FM-zender hooguit enkele tientallen kilometers is. Op de AM waren de zendschepen dan ook in een groot deel van Nederland te ontvangen.

De zeezenders waren razend populair, maar mede met als aanleiding een bomaanslag die Veronica op het schip van concurrent Radio Noordzee pleegde en waarbij gelukkig geen gewonden vielen maar waarbij het Noordzee-schip wél zwaar werd beschadigd, besloot de Nederlandse overheid om de zeezenders in 1974 te verbieden. Althans, de zeezenders zélf konden niet worden aangepakt omdat de schepen net buiten Nederlandse wateren lagen.

Medewerking strafbaar
Maar de Nederlandse Staat loste dit op door het voor Nederlanders strafbaar te maken medewerking aan zendschepen te verlenen, het adverteren op deze schepten te beboeten en als je vanuit een Nederlandse haven zo’n schip bevoorraadde met voedsel, water, olie en programmabanden, dan raakte je bij ontdekking bij terugkeer je schip kwijt.  Radio Veronica en Radio Noordzee gooiden de handdoek in de ring en beëindigden hun uitzendingen op 31 augustus 1974.

Caroline gaat door
Radio Caroline, in 1964 opgezet door de Ier Ronan O’ Rahilly, besloot echter de Nederlandse wetgeving te tarten. Dat had ie eerder al gedaan in 1967 toen Groot-Brittannië de zeezenders verbood. In 1974 lag O’ Rahilly’s schip de MV Mi-Amigo voor de kust van Scheveningen en zijn businessmodel was -naast het uitzenden van eigen Engelstalige programma’s- het verhuren van zendtijd. En zo zond overdag op de Caroline-golflengte de Belgische wafelbakker Sylvain Tack uit met zijn ‘Radio Mi-Amigo’.  

Ook Tack peinsde er niet over te stoppen, verkaste z’n studio’s en Dj’s naar het Spaanse Playa de Aro en daar zouden voortaan de programmabanden in alle rust worden opgenomen en naar het zendschip worden gestuurd.  Een paar dagen voor het van kracht worden van de Nederlandse anti-zeezenderwet voer de Mi-Amigo naar een nieuwe ankerpositie voor de Engelse kust, maar de zender was nog altijd zeer behoorlijk in België en Nederland te ontvangen. Het schip bleef actief als zendschip tot maart 1980 toen het tijdens een storm van z’n anker sloeg, op een zandbank klapte en zonk. Wel konden alle vier de opvarenden op tijd worden gered.

Radio Monique
Na heel veel problemen en tegenwerking vanuit overheden van diverse landen lukte het O’Rahilly om in augustus 1983 een nieuw zendschip voor de Engelse kust neer te leggen: de Ross Revenge. Dit schip bleek een van de meest solide zendschepen ooit én had de hoogste mast ooit op een schip geplaatst van wel negentig meter lang.  Eerst probeerde hij een dik jaar met enkel de Engelstalige Radio Caroline om inkomsten te genereren, maar toen dit niet lukte werd er een tweede zender opgestart, verhuisde Caroline daarheen en werd de hoofdfrequentie met de krachtigste zender verhuurd aan de Nederlandstalige Radio Monique.

In tegenstelling tot de decennia daarvoor waren er in de jaren ‘80 meer luisteraars die luisterden naar de FM dan naar radiostations op de AM. Ook waren in veel grote steden professionele landpiraten actief op de FM die dag- en nacht uitzonden, regelmatig uit de lucht werden gehaald door de politie en opsporingsambtenaren, maar enkele uren later gewoon weer te beluisteren waren.  

Toch slaagde Radio Monique er in om met haar AM-bereik nog zo’n anderhalf miljoen luisteraars per week aan zich te binden.  Zelf werkte ik in 1986 en 1987 voor Radio Monique als nieuwslezer en DJ aan boord van het Caroline-zendschip Ross Revenge in internationale wateren van de Noordzee.

De populariteit van Radio Monique in de jaren ‘80 was niet te vergelijken met die van de zeezenders een decennium eerder; Veronica en Noordzee en na hun verdwijnen Mi-Amigo. Maar het station was populair genoeg voor de Nederlandse overheid om toch een onderzoek te beginnen met als doel om de Nederlandse organisatie achter het station op te rollen.  Echter, in november 1987 stortte de negentig meter hoge zendmast tijdens een storm in zee en Radio Moniqueverdween uit de ether. Daarmee werd ook het justitieel onderzoek gesloten.

Radio 558
De Engelstalige Radio Caroline keerde al snel na het omvallen van de mast terug met een noodantenne en een zeer beperkte ontvangst en wist zo in Engeland toch nog wat luisteraars te bereiken.  Maar om ook weer Nederland te kunnen bereiken moest er een hogere antenneconstructie komen en dat kostte tijd en veel geld.

In juli 1988 was de antenneconstructie weer dusdanig dat het schip wél weer in Nederland te ontvangen was, maar nog steeds aan de zwakke kant. Toch werden die maand de Nederlandstalige uitzendingen hervat onder de naam ‘Radio 558’, genoemd naar de AM-frequentie waarop werd uitgezonden. Later werd die frequentie ingeruild voor de AM 819 kHz, omdat de Engelstalige Caroline weer van ‘hun’ 558 gebruik wilde maken, en noemde de laatste Nederlandstalige zeezender zich ‘Radio 819’.

Ondertussen werd er langzaam maar zeker verder gebouwd aan de zendmastconstructie op het schip en de ontvangst werd geleidelijk in Nederland steeds beter. Maar zo krachtig als met de oorspronkelijke 90 meter hoge zendmast op de Ross Revenge zou het nooit meer worden.  Uiteindelijk was er sprake van een situatie waarbij Radio 819 in de kustgebieden nog heel behoorlijk op de AM ontvangen kon worden, maar in de rest van het land was het signaal ronduit zwak te noemen.

Risico
De populaire zeezenders na 1974 draaiden op adverteerders die wel risico durfden te nemen. Immers; het adverteren op een piratenschip was verboden en de adverteerder kon een boete krijgen. Maar omdat de enige plek waar men terechtkon de STER-reclame was, waren er toch genoeg bedrijven die het wel aandurfden om dan maar een boete te riskeren.  

Maar bij Radio 819 was én de ontvangst slecht, maar ook zonden vanaf 1988 twee commerciële buitenlandse stations uit die weliswaar enkel op de kabel te ontvangen waren, maar die luisteraars die de moeite namen hun FM-tuner op de kabel aan te sluiten hadden meteen wel perfecte FM-stereo ontvangst. Deze zenders waren Radio 10 en Sky Radio.  Nog steeds was commerciële omroep wettelijk verboden volgens de mediawet, maar Radio 10 en Sky maakten gebruik van respectievelijk een Italiaanse en een Britse zendvergunning en konden daarom door de Nederlandse overheid niet van de kabel worden geweerd. Adverteerders hadden dus ineens een legaal alternatief voor de STER-reclame.

Kortegolf
Dus werd er, zodra de nieuwe zendinstallatie het aankon, een alternatieve inkomstenbron aangeboord. Naast de FM en de AM kon er ook worden uitgezonden op de kortegolf. Dat zijn frequenties waarbij het signaal meteen naar boven wordt gestuurd, waar ze tegen een onzichtbare laag aanketsen (‘de ionosfeer’) en dan weer terug naar de Aarde stuiteren. Probleem is wel dat die luchtlaag nooit stil hangt maar telkens in beweging is, waardoor de luisteraar het ene moment een sterk signaal ontvangt en een paar seconden later is het signaal nauwelijks hoorbaar.  

De Nederlandse Wereldomroep maakte tientallen jaren gebruik van kortegolffrequenties om vanuit de Flevopolder Nederlanders over de gehele wereld van nieuws te kunnen voorzien. Want met één zender kom je makkelijk de halve wereld over. Wél is de ontvangst overal even slecht.

Probleem is echter dat op het relatief kleine stukje kortegolfspectrum niet alleen Staatsomroepen uitzonden zoals onze Wereldomroep, maar ook van die frequenties gebruik werd gemaakt door persbureau’s, ambassades, spionagediensten, weerinstituten en uiteraard de lucht- en scheepvaart.

Gat in de markt
De uit de omgeving Breda afkomstige Nederlander Gert Jan Smit, destijds de rechterhand van Caroline-eigenaar Ronan O’ Rahilly, zag een gat in de markt.  Gedurende vele jaren zond de Engelstalige Radio Caroline op de ene frequentie uit, en werd de veel krachtigere ‘grote zender’ overdag verhuurd aan Radio Monique en ’s avonds aan enge Amerikaanse religieuze sektes voor wie deze avonduitzendingen de enige mogelijkheid was om via de radio zieltjes in Europa te winnen.

Maar via de kortegolf kon je met één zender op een boot in één klap heel Europa bestrijken. En die Amerikaanse religieuze sektes wilden wel betalen. Maar waar vind je een goede bruikbare frequentie? Immers, de officiële omroepbanden op de kortegolf zaten propvol met Radio Moskou en andere communistische propagandazenders, en ook had ieder land z’n eigen wereldomroep zodat ieder land aan de rest van de wereld kon laten horen hoe het desbetreffende land over de toestand in de wereld dacht.

World Mission Radio
Gert Jan Smit noemde z’n vanuit Nederland georganiseerd religieuze kortegolfproject ‘World Mission Radio’, en koos voor een lege frequentie die nét buiten de officiële omroepband viel, maar op vrijwel alle kortegolfradio’s nog wel te beluisteren was:  6215 kHz.  Deze frequentie bleek dag en nacht leeg te zijn en World Mission Radio knalde daarop de halve wereld over met 18 uur per dag religieuze programma’s in vooral de Engelse taal.

Maar dat deze specifieke frequentie dag en nacht leeg was had een reden. De 6215 was en is nog steeds een maritieme noodfrequentie. Een schip dat zinkt gebruikt juist deze frequentie om daarop SOS te roepen. Gert Jan Smit werd van meerdere kanten gewaarschuwd en schippers legden aan langszij de Ross Revenge om de bemanningsleden ook te waarschuwen dat ze die frequentie niet konden gebruiken. Maar de klanten van World Mission Radio waren zeer tevreden: zij hadden een ongestoorde ontvangst in een groot deel van de wereld.  Nogal logisch op zo’n lege frequentie.

Overheid start onderzoek
De klachten kwamen niet alleen binnen bij de Caroline-organisatie zélf. Maar omdat het duidelijk een Nederlands project betrof klaagden vele landen bij de Nederlandse overheid.  En die besloot er iets aan te doen.  Er werd vanuit gegaan dat de Ross Revenge onder de Panamese vlag op zee lag en dit hield in dat het schip nog altijd niet zelf aangepakt kon worden. Maar de Nederlandse overheid, onder leiding van de recent overleden opsporingsambtenaar Mart Roumen, pakte het onderzoek weer op naar de Nederlandse organisatie achter Radio 819 en World Mission Radio.

Men kwam er daarbij snel achter dat World Mission Radio met religieuze programma’s op de noodfrequentie op de korte golf en Radio 819 twee gescheiden organisaties waren.  En vanwege de relatief slechte ontvangst die Radio 819 had in Nederland was deze organisatie in een vergevorderd stadium met het uitrusten van een geheel nieuw zendschip dat inmiddels voor de kust van het Belgische Blankenberge klaar lag, maar waar nog wel het een en ander aan moest gebeuren voordat dit schip echt de ether in kon.  Tot die tijd wilde Radio 819 uit blijven zenden vanaf de Ross Revenge.

Maar de ernstige storingen op de noodfrequentie voor de scheepvaart en de daaruit voortvloeiende klachten van reddingsdiensten en kuststations uit vele landen waren uiteraard een ernstige zaak en meerdere overheidsdienaren werden ingezet om in Franse en Belgische havens de bevoorradingsschepen in de gaten te houden die naar het Caroline-schip voeren en terugkwamen plus de mensen die aan boord stapten.

Telefoons werden afgetapt en voor de speurders was het fantastisch dat er aan boord van het Caroline-zendschip een autotelefoon bleek te zijn geïnstalleerd. Bellen met die dingen was destijds nog vreselijk duur en de opvarenden hadden niet het idee dat ze werden afgeluisterd, maar dat gebeurde dus wel.

Roet in het eten
Terwijl het onderzoek om de organisatie achter Radio 819 en het storende kortegolfstationWorld Mission Radio op te rollen liep, gooide Frankrijk bijna roet in het eten voor de Nederlandse Justitie.  De Franse president FrançoisMitterand had boven de Noordzee gevlogen met zijn presidentieel vliegtuig. En op een heel stuk tijdens die vlucht bleek er geen communicatie meer mogelijk.

Nu is het zo dat er voor dergelijke hoogwaardigheidsbekleders andere frequenties worden gebruikt dan de normale burgerluchtvaart; maar op juist die frequenties bleek in de buurt van de Ross Revenge World Mission Radio ook te storen.  Mitterand schijnt toen, aldus opsporingsleider Mart Roumen, gezegd te hebben: “haal ze daar weg”.  En dus verscheen er medio juli 1989 een Frans marineschip langszij de Ross Revenge waarvan de bemanning strak bleef kijken en niet reageerde op de vriendelijk zwaaiende disc-jockeys.

De Franse marine wilde het schip wegslepen en voorgoed het zwijgen opleggen. Maar daarmee zou de Nederlandse organisatie erachter nog niet zijn opgerold en de Nederlandse Justitie was al heel ver met het onderzoek.  Een uur lang lag het Franse marineschip vlak voor de boeg van de Ross Revenge; klaar om de ankerketting te kappen. Maar koortsachtig overleg tussen de Nederlandse en Franse autoriteiten zorgde ervoor dat na een uur de Franse marine toch weer vertrok.

Overheid in actie
Op woensdag 16 augustus 1989 was het zover. Op twintig adressen en bedrijfspanden in Nederland vielen Justitie, de radio-opsporingsdienst RCD én de FIOD binnen.  Alles wat maar leek op betrokkenheid bij Radio 819 of World Mission Radio werd in beslag genomen en de gehele organisatie verdween naar diverse huizen van bewaring.  Er zou vanaf de Nederlandse kant geen bevoorradingsschip meer naar de Ross Revenge uitvaren.

Zelf zat ik bij het kersverse kabelstation Radio 10 in Amsterdam toen de berichten over het oprollen van de Radio 819-organisatie binnen sijpelden.  Er vanuit gaande dat niemand meer in staat zou zijn om de Engelse Caroline-organisatie te verwittigen over de onheilstijding uit Nederland, belde ik Caroline stationmanager Peter Moore in z’n woning in Noord-Londen.  Ik vroeg hem of ie me vanuit een telefooncel wilde terugbellen, omdat zijn eigen lijn zeker zou worden afgeluisterd, en bracht Peter het nieuws van de Nederlandse justitiële acties. “Dan zullen ze mij ieder moment ook wel komen halen” was z’n antwoord. Maar Peter Moore bracht wel z’n kant van de organisatie in stelling.

Uitzendingen gaan door
Aan boord gingen ondertussen de uitzendingen gewoon door.  De enige overgebleven DJ aan boord, Arie Swets, was niet op de hoogte van het feit dat de hele organisatie was opgerold. Niet alleen de Radio 819-uitzendingen maar ook die van World Mission Radio bleven in de ether. Weliswaar was er door gebrek aan personeel de situatie ontstaan dat ook de Nederlandse kok Eddy programma’s moest maken.

Reden voor de Britse Justitie om met een bootje naar de Ross Revenge toe te varen met ook een Nederlandse vertegenwoordiger aan boord. Dat gebeurde op vrijdag 18 augustus. De opvarenden kregen te horen dat de organisatie was opgerold en er geen bevoorradingsschepen meer zouden komen.  Arie Swets en kok Eddy konden kiezen: “of de zenders uit en mee naar land, of anders grijpen we in”. “Bluf” dachten de opvarenden, “we liggen in internationale wateren;  geen enkel land kan ons hier iets maken.”

Wél werd die vrijdag grotendeels het Engelse Radio Caroline uitgezonden op de Radio 819-frequentie, mede om DJ Arie Swets de gelegenheid te geven met de Nederlandse vertegenwoordiger te praten. En vooral om in contact te komen met de Nederlandse organisatie. Een kwartier lang draaide Arie ‘Ring ring’ van Abba; een codeplaat in de hoop dat iemand de autotelefoon aan boord van de Ross Revenge kon bellen om het verhaal te bevestigen of te ontkennen. Maar die rinkelde niet en bleef stil.

De opvarenden alarmeerden ook via hun 27 MC-verbinding zendertechnicus Peter Chicago die prompt in een rubberboot sprong en naar de Ross Revenge toe voer. Hij kwam daar in de nacht van vrijdag op zaterdag aan en stelde de bemanning gerust. “We liggen in internationale wateren en niemand kan ons iets maken.”  Reden voor de twee Nederlanders aan boord om zaterdagochtend in alle vroegte Radio 819 maar weer op te starten.

Inval op statenloos schip
Echter, die Nederlandse vertegenwoordiger blufte niet.  Na de invallen van woensdag de 16e was bij de Nederlandse overheid de bevestiging binnengekomen dat de Ross Revenge -in tegenstelling tot eerder- niet meer op zee lag onder de Panamese vlag. Sterker nog: de Ross Revenge had helemaal geen vlag meer en lag daar dus statenloos.  Om in internationale wateren ongehinderd te kunnen liggen heb je wél een vlagregistratie nodig en die had de Ross Revenge dus niet meer.  Volgens het internationale zeerecht kon en mocht Nederland dan ook tegen het schip optreden.

In alle haast werd een schip van Rijkswaterstaat gechartered; de Volans. En een aantal opsporingsambtenaren en politieagenten voeren onder leiding van Mart Roumen uit om de Ross Revenge van de zendapparatuur te ontdoen.  Op de zaterdagochtend de 19e augustus 1989 om 5 uur was Radio 819 weer in de lucht met Nederlandstalige programma’s.  Maar op dat moment had de Volans al het ruime sop gekozen.  Aan het begin van de middag lag de Volans in de buurt van de Ross Revenge en kwam om half 2 langszij. Er werd toestemming gevraagd om aan boord van de Ross Revenge te mogen komen, maar zendertechnicus Peter Chicago weigerde dat. Hij rende naar de studio een deed een noodoproep op de zender.

Vuistslag
Terug aan dek werd duidelijk dat de opsporingsambtenaren en politiemensen hoe dan ook toch aan boord wilden komen. Peter Chicago duwde eigenhandig iemand van de reling af maar die dreigde daarbij in het water te vallen en tussen de Ross en de Volans terecht te komen. Een andere man sprong toen snel van de Volans aan dek van de Ross en met een flinke vuistslag sloeg hij Peter Chicago tegen de grond. Onmiddellijk daarop sprongen ook de overige speurders en politiemensen overboord en was de Ross Revenge geënterd en overgenomen door de Nederlandse Justitie.

Zowel op de frequentie van Radio Caroline, de 558 kHz, als de 819 kHz hielden de Engelstalige Caroline Dj’s de luisteraars op de hoogte van de gebeurtenissen aan boord van het zendschip. En zo konden ze nog in de uitzending vertellen dat ze van de Nederlandse autoriteiten hadden gehoord dat het schip en de bemanning ongemoeid zou worden gelaten. Wel zou alle zendapparatuur worden ontmanteld en meegenomen.

Zenders uit de lucht
Iets na twee uur in de middag schakelde Mart Roumen de zenders uit en kon het slopen van de apparatuur beginnen.  Een klus die uren zou duren, maar rond zes uur in de avond was er een merkwaardig voorval. De hele bemanning van de Volans trok zich terug voor het avondeten. Peter Chicago en zijn team kregen zo de gelegenheid om nog wat belangrijke zendapparatuur te verstoppen om na het vertrek van de Volans de boel toch weer een beetje op te kunnen bouwen.  Maar het was duidelijk dat de invallen van woensdag en de raid op de Ross Revenge van zaterdag wél het definitieve einde betekenden voor de Nederlandstalige radio vanaf zee.

Rond acht uur ’s avonds zette de Volans koers richting Scheveningen waar het schip zondag vroeg in de ochtend aankwam. Aan boord waren ook de Nederlandse DJ Arie Swets en de kok Eddy. Zij realiseerden zich nu wel dat ze niet meer door een Nederlandse tender van boord zouden worden gehaald en gingen maar mee met de Volans.

Caroline terug in de lucht
Radio Caroline zou een week of zes na de raid op de Ross Revenge ‘gewoon’ weer in de ether verschijnen met Engelstalige programma’s op de vertrouwde frequentie 558 khz. De zeezender zou het nog een jaar vanaf zee uithouden, maar wegens gebrek aan inkomsten was Caroline onregelmatig in de lucht. In november 1990 was er helemaal geen geld meer voor brandstof en verdween ook Caroline als zeezender definitief uit de ether.

Geen vervolging
In Nederland werden alle betrokkenen bij Radio 819 en World Mission Radio aan een verhoor onderworpen, maar flinke tijd daarna en toen het ook voor Justitie overduidelijk bleek dat er geen nieuwe Nederlandse zeezender meer op de Noordzee zou verschijnen, besloot de Officier van Justitie op voordracht van hoofd opsporingsambtenaar Mart Roumen om geen vervolging meer in te stellen tegen de betrokkenen. Het doel was immers bereikt.

Sterker nog, nadat de Ross Revenge in 1991 van het anker was geslagen, op een zandbank was gelopen, er weer vanaf was getrokken en in de haven van Dover was terechtgekomen, kreeg de Engelse Radio Caroline alle inbeslaggenomen apparatuur terug.  De Engelse autoriteiten hadden de Ross Revenge niet zeewaardig verklaard en het schip mocht dus sowieso de zee niet meer op.

Nederland zat een beetje in z’n maag met de inbeslaggenomen apparatuur die bij de dienst domeinen in Rijswijk lag opgeslagen.  Het spul nam veel ruimte in beslag dat Justitie liever reserveerde voor andere inbeslaggenomen goederen.  Na langdurige gesprekken waarbij ikzelf de eer had om Radio Caroline te vertegenwoordigen mocht Caroline alle apparatuur met een busje komen ophalen en terug aan boord brengen waar het tot op de dag van vandaag weer staat.

End of theInnocence
En zo werd 19 augustus 1989 de laatste dag waarop er Nederlandstalige uitzendingen vanaf de Noordzee klonken. Vlak voordat Radio Caroline de uitzending op deze gedenkwaardige dag nog even overnam was de laatste plaat die Radio 819 de ether in stuurde Don Henley’s “The End of theInnocence”.  Toeval, maar hoe toepasselijk.
Herbert Visser
Foto: Dennis Jason