Peter Beense heeft geen aspiraties om de tweede André Hazes te worden. “Ik heb altijd gezegd dat ik geen kopie wil zijn van André”, zegt hij tegen Novum Nieuws.
Peter Beense heeft geen aspiraties om de tweede André Hazes te worden. “Ik heb altijd gezegd dat ik geen kopie wil zijn van André”, vertelt hij aan Novum Nieuws. “Ik denk niet dat je dat gat kunt vullen. André was iemand op zich, net als Johnny Jordaan, Willy Alberti en Tante Leen. Ik moet zorgen dat ik mijn eigen plaats zie te bemachtigen in dat rijtje.”
Toch greep hij voor zijn laatste album, ‘Voor mijn vrienden’, terug naar de legendarische Amsterdamse volkszanger. Hij vroeg John van de Ven, die jarenlang samenwerkte met Hazes, om de cd te produceren. “Hij heeft de sfeer en het gevoel van de liedjes van André weten te pakken”, zegt de 43-jarige Beense. Het eerste exemplaar van de plaat kreeg hij uit handen van Roxeanne Hazes, de dochter van zijn grote voorbeeld. “Dat is dan wel een fantastisch gevoel.”
Het is voor de zwaarlijvige artiest dan ook een droom dat zijn dochter Melanie in zijn voetstappen zal treden. Bij enkele van zijn concerten trad zij al eens als soloartiest op, maar een duet tussen vader en dochter bleef lange tijd uit. “We hadden al een paar keer geprobeerd een duet te vinden, maar iedere keer was het net niet ‘je van het’. Toen ben ik zelf gaan zitten en heb ik een lekker swingend nummer geschreven”, legt hij uit. Het nummer ‘Samen zijn we een’ was het resultaat van de samenwerking.
Terwijl zijn carrière de laatste paar jaar in de lift zat, ging het met zijn gezondheid heel wat minder. Na zijn deelname aan het televisieprogramma Je Echte Leeftijd, waarin hij onder begeleiding aan zijn overgewicht werkte, kreeg Beense last van zijn kniegewricht. “Ik heb lopen kwakkelen met mijn knie”, vertelt de volkszanger, die bekendheid verwierf met nummers als ‘Fiesta’ en ‘Ay ay ay Ajax’. “Daardoor deed ik weinig en zat ik thuis. Conditioneel ging ik achteruit.”
Half juni werd Beense plotseling onwel tijdens een optreden in Ermelo. “Ik had de keuze om van het podium te stappen of te blijven staan en het langs mijn pijpen te laten lopen, bij wijze van spreken. Zo ziek was ik. Uiteindelijk hebben de mensen om me heen me toch aangeraden een paar dagen rust te nemen.” Voor zijn knie krijgt Beense sinds kort injecties. “Met die injecties krijg ik een smeermiddel en een ontstekingsremmer en dat werkt direct.”
Zijn gewrichtspijnen zijn te wijten aan zijn overgewicht, erkent de zanger. “Ik hoef niet onder stoelen of banken te schuiven dat ik te zwaar ben”, stelt hij. “Wat een ander heeft met roken, heb ik met eten, hoewel ik niet eens zo’n grote eter ben. Ik houd van lekkere dingetjes en veel drinken. Dat moet ik zien in te dammen. Ik heb plannen lopen om in het naseizoen weer onder begeleiding te beginnen met een bepaalde doelstelling voor mezelf.”
Ondanks zijn fysieke kwaaltjes kijkt Beense al uit naar zijn jaarlijkse concert in de Heineken Music Hall. Sinds twee jaar zingt hij in de Amsterdamse muziekhal zijn fans toe. “Eigenlijk zou ik er eind dit jaar al staan. Maar het album liet wat langer op zich wachten. Ik wil natuurlijk wel dat mijn fans de liedjes kunnen meezingen, dus waarschijnlijk wordt het nu begin volgend jaar.”
Anders dan menige Nederlandse muzikant is Ahoy Rotterdam niet het ultieme doel van de zanger. “Laat mij maar gewoon lekker de Heineken Music Hall doen”, glimlacht Beense. “Als ik het ooit nog eens voor elkaar zou krijgen, dan liever een keer de ArenA. Die hoeft niet helemaal uitverkocht te zijn, eventueel een gedeelte. Ik kraak Ahoy niet af, maar ik vind het een beetje onpersoonlijk, alsof je naar een ver tv-scherm zit te kijken. Als ik het dan toch doe, dan liever in mijn eigen Amsterdam.”
[Novum]