Quentin Tarantino kan maar geen genoeg krijgen van het filmfestival in Cannes. Twee jaar geleden heeft hij bij thuiskomst zijn eigen mini-Cannes nagespeeld.
Regisseur Quentin Tarantino kan maar geen genoeg krijgen van het filmfestival in Cannes. Twee jaar geleden had hij hier zo’n lol dat hij bij thuiskomst zijn eigen mini-Cannes heeft nagespeeld. Dat heeft Tarantino, die dit jaar met de film ‘Inglourious basterds’ meedingt naar een Gouden Palm, gezegd.
Tarantino won de prijs al eens in 1994 met ‘Pulp fiction’. Ook zat hij in 2004 de jury van de filmprijs voor, die dat jaar naar ‘Fahrenheit 9/11’ ging. In 2007 deed hij mee met ‘Death proof’. “Ik had het zo naar mijn zin en het herinnerde me aan toen ik in de jury zat, dat toen ik naar huis ging, ik in mijn dvd-collectie dook en daar veertien films uitkoos van over de hele wereld die ik nog nooit had gezien en ik besloot mijn eigen kleine Cannes Film Festival te houden.”
“In zo’n anderhalve week keek ik die veertien films en beoordeelde ze alsof ik in de jury zat, een jury bestaande uit mezelf, die gewoon die films aan het bekijken was. En toen overhandigde ik mijn eigen kleine prijzen.” De ‘Gouden Palm van Tarantino’ ging naar de film ‘Perfume: the story of a murderer’ van Tom Tykwer.
De film waarmee Tarantino dit jaar meedingt naar de Gouden Palm, ‘Inglourious basterds’, werd wisselend ontvangen op het festival. Sommige kijkers vinden het verhaal te ver gezocht, anderen prijzen de geslepen humor en de stijlvolle productie.
In de film speelt Brad Pitt de leider van een groep Joodse soldaten, die achter de Duitse vijandelijke linies dood en verderf zaaien. Zij moeten leiders van het Derde Rijk onschadelijk maken tijdens de première van een propagandafilm van de nazi’s in Parijs.
Tarantino heeft de afgelopen dagen andere films bekeken die ook in de race zijn voor de prijs, zoals de vampierenfilm ‘Thirst’ van Park Chan-wook en ‘Vengeance’ van Johnnie To. “Ik hoef me geen zorgen te maken dat een van deze films op die van mij lijkt. Dus dat is geen probleem.”
[Novum]
