Het is aannemelijk dat bij de veiling van radiofrequenties in 2003 sprake is geweest van overbieding, zo schrijft het NRC vandaag in haar krant. De hoge kosten van commerciële FM-frequenties hebben mogelijk geleid tot ,,forse tot zeer forse verliezen” bij radiostations.
Dit concludeert bureau Berenschot in een evaluatie in opdracht van het ministerie van OC en W (Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen). Het rapport Op de golven is maandag 6 juni 2005 aan de Tweede Kamer verstuurd.
Negen radiostations betaalden in 2003 bij elkaar 323 miljoen euro voor landelijke FM-frequenties. Partijen mochten één bod doen. Verder beoordeelde het ministerie de bedrijfsplannen op inhoudelijke en financiële onderbouwing.
De onderzoekers schrijven dat zij het aannemelijk achten dat de winner’s curse zich bij de veiling heeft voorgedaan. Dat betekent dat de winnaar zo veel heeft moeten betalen om te winnen, dat hij uiteindelijk weinig profijt van zijn overwinning heeft. Dat deed zich ook voor bij de veiling van UMTS-frequenties voor mobiele telefonie in 2000. Vijf telecomaanbieders betaalden toen 2,7 miljard euro voor de frequenties, waarna een aantal van hen in financiële problemen terechtkwam.
De veiling van radiofrequenties was volgens de onderzoekers een ,,moeizaam compromis” waaraan ,,in ieder geval deels tegenstrijdige verwachtingen” waren verbonden. De onderzoekers sluiten niet uit dat dat meerdere radiostations de komende periode hun frequentie zullen moeten verkopen of teruggeven. Twee weken geleden maakte John de Mol bekend dat hij zijn radiozender Noordzee FM verkoopt aan de Belgische Persgroep. De Mol betaalde indertijd het meest voor zijn achtjarige uitzendlicentie, 80 miljoen euro. Inmiddels heeft hij Radio 538 overgenomen, dat veel goedkoper uit was (57 miljoen).
De radiostations zijn volgens de onderzoekers zelf verantwoordelijk voor de financiële consequenties van hun bod. Ook het kabinet stelde zich vrijdag op dit standpunt. Radiostations die te veel betaald hebben, moeten hun investering door middel van ,,goed ondernemerschap” terugverdienen.
De onderzoekers van Berenschot concluderen dat de vergelijkende toets ,,niet in alle opzichten” heeft geleid tot een efficiënte en effectieve verdeling van de frequenties. Het kabinet oordeelt daarentegen dat de veiling ,,in voldoende mate” aan de doelstellingen heeft voldaan. Het kabinet gebruikt aanbevelingen uit het rapport bij het vaststellen van een methode voor de veiling van digitale frequenties, later dit jaar.
Voorzitter M. Banga van de Vereniging Commerciële Radio (VCR) noemt de de conclusies van het kabinet ,,een typisch geval van: operatie geslaagd, patiënt overleden”. Hij vindt dat de overheid meer verantwoordelijkheid moet nemen voor de gevolgen van de veiling. ,,Als je de verwachte marktaandelen in de bedrijfsplannen optelde kwam je op 150 procent. De overheid kon voorzien dat radiostations in de problemen zouden komen.” Een woordvoerder van het ministerie zegt dat ,,vooralsnog geen patiënten zijn overleden, er zijn sinds de veiling geen radiostations over de kop gegaan”. Ook roepen de salarissen van top-dj’s volgens hem ,,niet het beeld op van een noodlijdende sector”. [NRC/Radio.NL]