Cineast Theo van Gogh heeft twee weken voor hij werd vermoord toegezegd een serie te maken voor de Nederlandse Moslim Omroep (NMO). Daarin wilde hij een brug slaan naar de moslimgemeenschap. Dat zegt NMO-directeur Frank William zaterdag in de Volkskrant. De twaalfdelige dramaserie zou ‘Duizend en één dag’ gaan heten, en gaan over jonge moslims die worstelen met hun geloof. Het verhaal zou verteld worden vanuit het perspectief van een 12-jarige Marokkaanse jongen.
Van Gogh besefte dat hij de achterban van de moslimomroep van zijn oprechtheid zou moeten overtuigen. Daarom wilde hij hen een brief schrijven om zijn standpunten te verduidelijken. De filmmaker wilde uitleggen dat hij een fel tegenstander van religieus extremisme was, maar moslims wel respecteerde ‘als mens’. De brief is na zijn dood niet teruggevonden.
De moslimomroep wil de serie alsnog maken. Het script wordt echter aangepast. “Die oude versie noemen we nu de naïeve versie”, zegt dramaturg Jan Rutger Achterberg in de krant. “Dit wordt een hardere en heftige serie, waarin de broer van de hoofdpersoon radicaliseert.” Regisseur Eddy Terstall zal de serie gaan begeleiden.
Van Gogh stelde bepaalde aspecten van de radicale islam vaak op harde wijze aan de kaak. Door voor moslims omschrijvingen als ‘geitenneukers’ te gebruiken, maakte hij zich bij velen niet populair. Op 2 november vorig jaar werd hij vermoord door Mohammed Bouyeri, die daarvoor tot een levenslange gevangenisstraf is veroordeeld. Bouyeri zei uit religieuze overtuiging te hebben gehandeld. [Novum/Radio.NL]
